Ned. staatsman. “19.6.1858 Wijk-bij-Duurstede. ✝ 18.10.1941 's-Gravenhage. 1880-98 advocaat in het vm. Ned.-indië, sinds 1898 te Rotterdam; kwam als lid van de Liberale Unie 1901 in de Tweede Kamer; 1905—08 minister van Koloniën, 1908—11 gouverneur van Suriname. 1921-26 gouverneur-generaal van Ncd.-Indië.
Bracht in deze laatste functie belangrijke bestuurshervormingen tot stand die Ned.-indië tot een zelfstandig rijksdeel maakten, de invloed van de bevolking op het bestuur vergrootten en een nieuwe bestuursindeling invoerden; maakte door strenge bezuiniging de Indische begroting sluitend, waarbij echter de belastingdruk op de bevolking met 47 % toenam; trad zeer scherp op tegen nationalistische en revolutionaire bewegingen, waaronder ook stakingen gerekend werden. Het vertrouwen, gekweekt door het beleid van Van → Limburg Stirum, ging verloren. Was 1927—33 voorzitter van de Vrijheidsbond, 1929-35 lid van de Eerste Kamer; 1928 minister van Staat.Litt. D.M.G.Koch, Batig slot (1960).