stad in Keurhessen, aan de zich in de Werra ontlastende Schmalkalde, 15 uren gaans benoordoosten Fulda; 5500 inw.; stiftskerk gebouwd in 1413. Vroeger was S. de hoofdstad der voormalige heerlijkheid S. (ruim 5 vierk. mijlen gronds thans met 28,000 bewoners).
Schmalkaldische Bond heet het 27 Febr, 1531 te S. aangegane bondgenootschap tusschen (9 protestantsche prinsen en graven (uit de huizen Saksen, Bronswijk, Hessen, Anhalt en Mansfeld) en 11 rijkssteden, om het Protestantismus en hunne staatkundige onafhankelijkheid te verdedigen tegen Karel V en de roomsch-kathol. stenden. Die bond,aanvankelijk gesloten voor een 9-jarig tijdvak, werd 24 Dec. 1535 voor tien jaren verlengd, waarbij ook tot de oprichting eener staande bonds-armee besloten werd. De bond versterkte zich door de toetreding der pommcrsche vorsten en verscheidene rijks- en andere steden, en nam in Februarij van 1537 de Schmalkaldische artikelen oen, zijnde de in Dec. 1536 te Wittenberg door Luther opgestelde artikelen, die het onderwerp van beraadslaging zouden uitmaken op het door paus Paulus 111 te Mantua bijeengeroepene concilie (dat nu in duigen viel). De keurvorst van Saksen en de landgraaf van Hessen waren bewindvoerende hoofden van den bond. Eerst in 1546 kwam het tot openbare vijandelijkheden, welke oorlog tegen den keizer groote gevolgen had kunnen hebben als Sebastiaan Schärtlin geheel alleen opperbevelhebber van het bondsleger geweest ware. Door de tweedracht tusschen de beide hoofden mislukte intusschen alles, toen keurvorst Johan Frederik van Saksen teruggeroepen werd naar zijn land, dat door hertog Maurits bezet werd ter voltrekking van den rijksban. Wel heroverde de keurvorst ziju land, en bemachtigde dat van Maurits bovendien; doch beiden verloor hij weder, alsook zijne vrijheid, in den ongelukkigen slag bij Mühlberg 24 April 1547, waardoor de.geheeie boud bijna vernietigd werd, en waarvoor Maurits met de waardigheid van keurvorst werd beloond. Reeds spoedig herstelde de bond zich van die nederlaag, en zag zich, doordien Maurits v. Saksen den keizer afvallig werd, in staat om Karel V te noodzaken tot het verdrag van Passau (1552) en eindelijk lot den religie-vrede van Augsburg (1557).