de aanhangers van de leer, dat de twee naturen in Christus niet met elkander vereenzelvigd, maar elk afzonderlijk bestaan hebben, zoodat dan ook Maria, ofschoon moeder van den mensch Christus, geenszins den godmensch Christus gebaaril had. Deze leer werd het eerst geopperd door Theodorus van Mopsuestia, maar vooral omslr. 428 verbreid door Nestorius (zie dat art.), wiens naam er aan gegeven werd (Neslorianismus), doch werd door bet concilie van Ephesus (431), en later nog door twee conciliën (451, 553) veroordeeld.
In de hierover tusschen Antiochië en Alexandrië gerezene twisten (Nestoriaansche hvisten) namen leeraars der theologische school le Edessa (en onder hen Thomas Barsumas) de vlucht naar Perzië.en stichtten daar 489 de Kerk der Chaldcesche Christenen, in Oost-lndië genaamd Thomas-Christenen, welke Kerk den bisschop van Seleücia en Ctesipbon als Kathoiikos of Jacelich vereerde, en zich uitbreidde naar Oost-lndië en Arabiê. In 1551 gelukte het, een gedeelte der Chaldcesche Christenen aan den Pauselijken Stoel te onderwerpen; deze Geünieerde N. (omstr. 90,000 zielen) nemen de 7 sacramenten aan, doch houden vast aan hun dogma der twee naturen, verwerpen dus de wonderleer der Onbevlekte Ontvangenis, en hebben ook nog altijd den Griekschen ritns. De Niet-geüniëerde N. (omstr. 70,000 zielen) hebben 3 sacramenten (doop, avondmaal en priesterwijding),en hunne geestelijken mogen in het huwelijk treden. De Nestoriaansche monniken ennonnen volgen den regel vanSt.-Antonius.