spreek uit: Mon-tieg-cho, stad in de spaansche prov. Badajoz, 7 uren gaans bewesten Merida, aan den Guadiana ; 6000 inw.; oud kasteel der graven van M.
De erfelijke titel van »graaf van M.” werd 1697 door Karel II verleend aan Jan van Porto-Carrero. De stamheer van het geslacht der graven van M. was een Genuees, met name Egidius Bocanegra, die in 1340 naar Spanje werd gezonden om Alfons XI te helpen legen de Mooren, en door hem verheven werd tot admiraal en graaf van Palma, en zich in Spanje vestigde metterwoon. Zijn kleinzoon betrouwde met de erfdochter van Porto-Carrara den naam en het geslachtswapen dier familie, en een latere afstammeling den titel der graven van Teba. Van dezen stamt af de tegenwoordige keizerin der Franschen (zie EUGENIE). Haar vader, graaf van M., hertog van Penaranda, koos in den oorlog van Spanje tegen Napoleon als officier de partij van laatstgenoemden, diende, nadat de Franschen verdreven waren, in de fransche armee, werd later in Spanje lid van den senaat, en stierf 1839.