Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Meletius

betekenis & definitie

1) M., of Melicius, bisschop van Lycopolis in Egypte, leefde in het begin der 4e eeuw, doch werd wegens afgodendienst in 326 afgezet. Hij had echter een grooteu aanhang, wierp zich op als het hoofd van een nieuw kerkgenootschap (de Kerk der Martelaren), waarvoor hij eigenmachtig priesters wijdde, en welke secte (Meletianen genaamd) bleef bestaan tot in het laatst der 4e eeuw, toen zij zich oploste in het Arianismus.

2) M.van Antiochië, 357 tot bisschop van Sebaste en 360 tot patriarch van Antiochië verkoren door de Arianen, werd reeds spoedig door hen afgezet, omdat hij zich onderwierp aan de besluiten van het concilie van Nicea. Door Julianus den Afvallige hersteld, doch spoedig door dien keizer weder gebannen, teruggeroepen door Jovianus (363), opnieuw gebannen door Valens (364) en eindelijk op zijnen zetel hersteld door Gratianus in 378, stierf 379 tijdens het concilie van Antiochië, waarbij hij het voorzitterschap bekleedde. Zoowel door de Roomsche als door de Grieksche Kerk beiden is hij in de rij der heiligen geplaatst; kerkel. gedenkdag 12 Febr. Zijne aanhangers werden indertijd Meletianen genoemd.

< >