(Julianus), nam het purper aan onder üecius, en werd eenige dagen later gedood.
(P. Valerius), neef van den vorige, was proconsul van Achaja, en liet zich insgelijks als keizer uitroepen onder Galliënus, na de usurpatie van Macrianus; hij overwon Piso (die insgelijks als keizer uitgeroepen was in Thessaliê), en liet hem ter dood brengen, doch werd tien weken later zelf vermoord (261) door zijne eigene soldaten.