koning der Massyliërs in Numidiê, bondgenoot van Carthago in den tweeden Punischen oorlog sedert 213 v. Cbr., was verloofd met Sophonisbe, de dochter van Hasdrubal.
Toen deze haar aan koning Syphax tot vrouw gaf, onttrok M. zich aan het Carthaagsche bondgenootschap, en koos de zijde der Romeinen, met wier hulp hij koning Syphax overwon, en diens vrouw Sophonisbe tot zich nam. Dit strookte echter niet met de inzichten van Scipio, die Sophonisbe wilde medevoeren, wanneer hij zijnen zegepralende!) intocht in Rome zou doen. Ten einde echter die schande aan de numidische vorstin te besparen, zond M. haar vergif, waarmede zij een einde maakte aan haar leven. In weerwil van dit geval bleef M. de bondgenoot der Romeinen, en droeg veel bij tot de overwinning, die ze bevochten in den slag bij Zama (202 v. Chr.), ter belooning waarvoor hij door hen erkend werd als koning van geheel Numidië. In den loop van den derden Punischen oorlog stierf M. op 92-jarigen leeftijd (anno 149 voor Chr.); en zijn rijk werd verdeeld onder zijne drie zonen Micipsa, Gulussa en Manastabal (of Mastanabal); deze laatste was de vader van Jugurtha.