Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Lodewijk Kossuth

betekenis & definitie

dictator van Hongarije, geb. 16 Sept. 1802 te Monok in het comitaat Zemplin, aanvankelijk advocaat in zijne geboorteplaats, sedert 1831 te Pesth, van toen af openlijk de beginselen der democratie voorstaande, werd 1847 door het comitaat Pesth als afgevaardigde naarden Landdag gezonden, waar hij door zijne welsprekendheid reeds spoedig de hoofdleider der oppositie werd. In 1848 deed hij het voorstel om voor Hongarije eene zelfstandige regeering te verlangen, en deed zoodoende de eerste schrede tot de reeds lang voorbereide omwenteling.

Wel werd er een zelfstandig ministerie voor Hongarije benoemd (waarin K. als minister van finantien zitting nam); doch dit ministerie werd reeds in Sept. 1848 ontbonden, en nu stelde K. zich, als president der commissie voor de verdediging des lands, aan het hoofd der beweging en deed 14 April 1849 aan de Nationale vergadering te Debreczin het voorstel, Hongarijé onafhankelijk, en de dynastie Habsburg van den hongaarschen troon vervallen te verklaren. Nu werd K. tot voorloopig bewindvoerder des rijks gekozen, doch deed reeds 11 Aug. van de burgerlijke en militaire oppermacht, waarmede bij bekleed was, afstand, en droeg die aan Gorgei over, nam 17 Aug. de wijk over de turksche grenzen, en begaf zich naar Engeland, waar hij, even als later in Amerika en 1859 in Italië, werkzaam trachtte te zijn voor de belangen van Hongarije.

< >