(voormalige) in de Nederlanden:
1) even buiten de Haarlemmerpoort te Amsterdam, gesticht 1393; hier logeerde 1521 koning Christiaan 11 van Denemarken, zwager van keizer Karel V, bij gelegenheid van zijn bezoek te Amsterdam; 27 Sept. 1566 werd dit klooter door het amsterdamsch gepeupel geplunderd; later legerde daar het krijgsvolk van Lumey, toen hij Amsterdam blokeerde, en toen hij moest aftrekken, werd het geplunderd en in brand gestoken; wat er van bleef staan werd 1609, bij de uitlegging van Amsterdam, binnen de stad getrokken.
2) buiten de Waterslootspoort te Delft, gesticht 1430, op bevel der Staten geslecht omstr. 1570.
3) in de Langstraat, prov. N.-Braband, buiten Geertruidenberg, aan de (sedert in loop veranderde) Donge, gesticht omstr. 1332; na de Hervorming gesloopt, en de monniken op pensioen gesteld.
4) te Horssen in Gelderland.
5) te Vocht in N.-Braband, in 1475 van Dungen naar Vucht overgebracht, overvallen en op brandschatting gesteld door Maarten van Rossum 1543, werd het 1566 door de beeldstormers uit 's-Bosch geplunderd en verwoest.
6) buiten de Catharijnepoort te Utrecht, gesticht 1393; op last der utrechtsche regeering afgebroken 1580, uit vrees dat het een schuiinest kon worden voorde Spanjaarden.
7) op het zeeuwsche eiland Schouwen.
8) op de Veluwenzoom in de prov. Gelderland.