Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

George Friedrich Händel

betekenis & definitie

een der voornaamste duitsche componisten, geb. 24 Febr. 1685 te Halle aan de Saaie, was reeds als knaap een uitstekend klavierspeler, speelde in het orkest te Berlijn; werd toen orkestmeester te Hamburg, ging vijfjaren later naar Italië, waar hij voor Florence, Venetië en Rome operaas componeerde, die grooten opgang maakten. Naar Duitschland teruggekeerd, werd hij kapelmeester van den keurvorst van Hanover, doch ging 1710 naar Engeland, waar hij door zijne opera Rinaldi en andere toonstukken spoedig populair werd.

Hij vestigde zich voor goed in Engeland, stond aan het hoofd van de opera in het Haymarket-thealer, was in den laatsten tijd zijns levens blind, en stierf 14 Aug. 1759. In de Westminster-abdij is hem een prachtig gedenkteeken opgericht. Behalve 45 operaas, heeft H. zijnen naam vereeuwigd door een aantal oratorien, waarvan wij zullen noemen zijn Messias (1741), Judas Maccabeus (1746), Sant (1740), Alexanderfesl (1735), Samsm (1742). De complete engelsche editie van H.’s werken bestaat in 36 foliodeelen.

< >