Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Enkhuizen

betekenis & definitie

1) onbewoond eilandje in neder). O.

I., in den soeudaschen archipel, op de reede van Batavia, 4 mijlen benoordoosten Onrust.2) eilandje aan de noordkust van Nieuw-Guinea (nederl. O. I.) in het zuiden der Groote Geelvinkbaai.
3) E., oudtijds Enekhuizen of Enchuzen, lat. Enchusa, stad in Noord-Holland, op het oostelijk uiteinde van het voormalige West-Friesland, 3 uren gaans bezuidoosten Medemblik en iets verder benoordoosten Hoorn; 5000 inw. (in den tijd van zijn hoogsten bloei had E. circa 40,000 inw.). Volgens sommigeu werd E. omstr. het jaar 1000 gesticht, ten tijde van graaf Dirk III; doch de oudste datum, waarop men van E. gewag vindt gemaakt, is 1248; in 1361 werd de eerste haven te E. aangelegd, die 1590 door de tegenwoordige is vervangen. Reeds in 1355 was E., vereenigd met het nabijgelegen en op E. naijverige dorp Gommerskerspel, door Willem, hertog van Beieren, tot stad verheven onder den naam van Enkhuizen; vooral in de 14e eeuw breidde E. zich aanmerkelijk uit; het was de eerste stad in Noord-Holland, die 1572 het spaansche juk afwierp, zoodat E. metBrielleen Vlissingen het klaverblad uitmaakt, waardoor de grondslag gelegd werd tot Nederlands onafhankelijkheid. Dikwijls hebben de Spanjaarden, zoo te water als te land, getracht E. weder te bemachtigen; doch het is hun nooit mogen gelukken. In 1279 werd E. in brand gestoken door Nicolaas van Putten, door Jan van Arkel afgezonden om de West-Friezen te tuchtigen, die Wijdenes ingenomen, Eenigenburg afgebroken en Medemblik in brand gestoken hadden. In 1309 weervoer E. hetzelfde lot door de Friezen, die er tevens plunderden; waarop die van E. zich in 1310 naar Stavoren begaven, waar zij het klooster van St. Odulfus overvielen en in brand slaken, doch op hunnen terugtocht achterhaald en totaal verslagen werden. Een aanslag van de Kennemers op E. 1425 mislukte; doch 1426 werd het door hen ingenomen. In het Kaas- en Broodspel 1491 was E. de eenige stad in West-Friesland, die aan die onlusten vreemd bleef. In den gelderschen oorlog (aanvang 16e eeuw) kweten de Enkhuizers zich dapper; op den vermaarden tocht van keizer Karel V naar Tunis (1535) ondersteunden de Enkhuizers hem met 4 oorlogschepen, waarvan er naderhand 3 met man en muis vergingen voor Genua. Vermaard is de mislukte aanslag 1537 van hertog Karel van Gelder op E. In 1551 en 1552 begonnen een paar pastoors tegen sommige leerpunten der roomsche Kerk te prediken; doch de eerste bepaald hervormde predicatie werd even buiten E. gehouden in Juli 1566; van de beeldstormerij heeft E. niet te lijden gehad. De afval van Spanje (1572) is reeds hierboven vermeld. In Juni 1653 brak te E. een oproer uit, dat eerst door de uit 'sGravenhage derwaarts gezondene troepen werd gedempt; ook 8 Maart 1787 had er eenige opschudding plaats; beide de keeren ontstond het rumoer uit opgewondene Oranje-gezindheid; in 1795 hadden de aanhangers van Oranje veel te lijden van de toen bovendrijvende partij; 1799, bij de anglo-russische landing in N.-Holland, werd E. bezet door de Engelschen, die er veel geweldenarijen pleegden. Van andere dan oorlogsrampen heeft E. ruimschoots zijn deel gedragen: in 1508, bij den St.-Gallusvloed, voer men met schepen door de straten der stad; 1512 werd E. geteisterd door een hevigen brand; 1514 (op St.-Jeronimusdag) richtte een ontzettende storm en watervloed inN.-Holland groote verwoestingen aan, te E. werden 80 woningen, 200 roeden der bolwerken en een groot gedeelte der vesten weggespoeld; 3 Jan. 1602 werd te E. een geweldige schok van aardbeving gevoeld; 26 Sept. 1606 sprong een kruidmolen, even buiten de stad; een andere kruidmolen vloog insgelijks in de lucht, eerst 14 Sept. 1637 en, na herbouwd te zijn, 7 Febr. 1640 nogmaals; 21 Mei 1651 werd E. geteisterd door een verschrikkelijk onweder; vooral moet gewag worden gemaakt van tien ontzetlenden watersnood November 1775; ook Nov. 1776 had de storm en vloed een zeer dreigend aanzien; en bij den watersnood Febr. 1825 verkeerde E. alweder in groot gevaar. Van de vele beroemde personen, die E. heeft voortgebracht, zullen wij hier slechts noemen: de aardrijks- en zeevaartkundigen Lucas Jansz. Waghenaer, Krijn Woutersz., Frederik Adriaensz. Westphalen en Dirk Gerritsz.; een aantal geleerden, en eene groote menigte zeehelden, laten wij onvermeld; alleenlijk noemen wij nog Jacob Mossel, 15 Mei 1761 gest. als gouverneur-generaal van Nederl. Indië, en den wereldberoemden schilder Paulus Potter.