twee pythagorische wijsgeeren te Syracuse, leefden omstr. 400 v. Chr., onder Dionysius den Jonge.
Ze zijn beroemd als toonbeelden van ware vriendschap; Damon, ter dood veroordeeld zijnde, verkreeg vergunning om zijne zaken te gaan regelen, mits iemand persoonlijk borg bleef dat hij terug zou keeren om zijn vonnis te ondergaan. Die dienst bewees hem zijn vriend Phinthias. Op het. bepaalde uur was D. echter niet terug, en Phinthias werd naar de strafplaats geleid, om ter dood gebragt te worden; doch eer het zoo ver gekomen was, kwam D. aansnellen: en nu ontstond er een wedstrijd van grootmoedigheid tusschen de beide vrienden, wie hunner thans het vonnis ondergaan moest. Door zooveel wederzijdsche zelfverloochening getroffen, schonk Dionysius aan D. het leven, en verzocht om als derde persoon in hunnen vriendschapsbond opgenomen te worden.
