Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Cabale

betekenis & definitie

eigentlijk Kabbala, d. i. de ontvangene leer, bij de Joden eene geheimzinnige theologische philosophie, die het dogma van de goddelijke emanatie tot grondslag had, en eene zinnebeeldige uitlegging gaf aan de Heilige Schrift. De beginselen daarvan vertoonen zich reeds bij Philo, in den Talmud en in de Midrazjim.

Het eerste boek van dien aard is echter het aan den rabbijn Akiba toegeschreven wordende "Boek Jetzirah”, dagleekenende uit de 7e eeuw. Eerst op het laatst der 12e eeuw evenwel begon de C. zich tot een philosophisch stelsel te ontwikkelen, door zich niet langer, gelijk tot dus ver, te bepalen bij het leerstellige over God en de Schepping, maarzich ook uit te strekken tot schriftverklaring, zedeleer en wijsbegeerte. Het boek der jongere aanhangers van de C. werd hetin de 13e eeuw geschrevene "Boek Sohar”. Vervolgens ontaard in eene bespottelijke letterzifterij en tooverij (daarmen beweerde door het uitspreken van ettelijke woorden allerlei mirakelen te kunnen verrigten), werd aan de cabalistische wijsheid in het laatst der 16e eeuw eene nieuwe vlugt gegeven door de leeraren in Palestina en Italië. Met behulp der cabalistiek heeft men 1863 in Frankrijk eene belangrijke (lees : koddige) ontdekking gedaan, namelijk wie de godslasteraars zijn, die het beruchte "beest met zeven hoofden en tien hoornen” der Openbaring op zijne hoofden draagt (zie Openb. 13 : 1), en waarvan het getal is 666! Indien men aan de 25 letters van het alphabet (de s niet medegeteld) in opvolgende rekenkundige reeks eene waarde geeft van 1 tot 25, dus a = 1, b = 2, enz., en in de plaats van de letters der namen van de beruchte ongodisten de rekenkundige waarde van die letters stelt, vindt men dooroptelling der afzonderlijke getallen weder het getal 666. Die zeven namen zijniArius (68),Spinosa (93), Voltaire (102), Rousseau (119), Helvetius (121), Proudhon (111) en Renan (52) ; zanten 666

< >