Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Bennigsen

betekenis & definitie

(L. A.

T. graaf von), een der beroemdste generaals in russ. dienst, geb. 1743 in Brunswijk, trad eerst in hanoversche dienst, ging later als majoor in die van Rusland over, streed tegen de Turken en tegen den kozak Poegatsjef, voerde 1793 en 94 bevel in Polen, 1796 in Perzië. Door Paul I achtergesteld, werd hij een der hoofdleiders van de zamenzwering tegen dien keizer, doch nam aan de vermoording niet persoonlijk deel. Niet zonder krijgsgeluk streed hij 1806 en 1807 tegen de Franschen (hij beweerde den veldslag bij Eylau 1807 gewonnen te hebben, terwijl de Franschen beweerden in dien slag de overwinnaars te zijn gebleven zoodat de afloop wel twijfelachtig geweest zal zijn); vervolgens zijn ontslag genomen hebbende, trad hij 1812 op nieuw in dienst, en sloeg de Franschen bij Borodino.aande Moskowa en bij Woronowa.Bij Leipzig (1813) kommandeerde hij eene colonne van 150,000 man op den regtervleugel, streed roemrijk bij Zweinaundorf, en werd op het slagveld tot den gravenstand verheven. Aan hem werd de taak opgedragen aan den koning van Saksen (Frederik August) te gaan bekend maken, dat hij zich als krijgsgevangene had te beschouwen. Na den vrede van Parijs aanvaardde B. het opperbevel over de zuidelijke armee in Bessarabië, doch nam 1818 wegens ouderdom (waarlijk niet te vroeg) zijn ontslag, ging toen stil leven op zijn familie-goed Barteln in het Hanoversche, en stierf 1826.(A. L. graaf), hanoversch staatsman, zoon van den vorige, geb. 21 Julij 1809 te Jakret bij Wilna, was van 1848 tot 28 Oct. 1850 minister van buitenlandsche zaken in Hanover, en sedert als president der Eerste Kamer werkzaam.

< >