1) veldheer van koning Philippus van Macedonië en oom van diens gemalin Cleopatra, was de oorzaak van de spanning, welke tusschen Philippus en diens zoon Alexander heerschte; laatstgenoemde, herhaaldelijk door A. gekrenkt, droeg hem een ingekankerden haat toe. Doch bij Philippus stond A., als bekwaam veldheer, in hoog aanzien; en toen tot den oorlog tegen de Perzen besloten was, werd A. met een leger naar den Hellespont gezonden.
Voor het uitbreken van den oorlog echter stierf Philippus vermoord, waarop Alexander den troon beklom en door een zijner vertrouwelingen (336 v. Chr.) A. liet ombrengen.2) veldheer van Alexander den Gr., werd van deelneming aan de zamenzwering van Philotas verdacht, doch vrijgesproken, Na ’s konings dood schaarde hij zich aan de zijde van Perdiccas, en werd deswege, na diens vermoording, door de soldaten bij verstek ter dood veroordeeld. Nu begaf hij zich met de vloot naar Tyrus en wierf troepen, doch werd door Antigonus geslagen, gevangen genomen en in den kerker geworpen, waaruit hij te vergeefs trachtte te ontsnappen.
