1) A., geb. te Milete, dochter van Axiochus, leefde te Athene ten tijde van Pericles en Socrates, en was een der beroemdste en invloedrijkstc hetaeren van Griekenland. Haar huis was de verzamelplaats van deuitstekendsteonaanzienlijkste mannen van Athene, die zij evenzeer door hare schoonheid, als door hare echt vrouwelijke minzaamheid en deugd aan zich wist te boeijen.
Pericles werd zoo op baar verliefd, dat hij zijne vrouw verstiet om A. te kunnen trouwen, ten gevolge waarvan A. eenen groolcn invloed heeft uitgeoefend op de lotgevallen van Griekenland : men houdt haar voor de eigentlijke bewerkster van de oorlogen met Sarnos en Megara en van den peloponnezischen oorlog. De vijanden van Pericles beschuldigden A. van ongodisterij: haar echtgenoot verdedigde haar met al liet vuur zijner welsprekendheid voor den Areopagus, doch slechts door tranen te storten voordeze hooge vierschaar mogl het hem gelukken haar te doen vrijspreken. Na den dood van Pericles werd A. de vrouw van een jongen veehandelaar, met name Lysicles, die door haren invloed weldra opklom tot de hoogste waardigheden.2) Cyrus de jonge gaf den naam van A. aan zijne bijzit Milto of Myrto, dochter van Hermotimus uit Phocaea, zijnde eene vrouw van uitstekende schoonheid, die, nadat Cyrus 401 bij Cunara was gevallen, de buit werd van Artaxerxes, die insgelijks door hare bekoorlijkheid werd geboeid. Later werd zij het voorwerp van twist tusschen hem en zijnen zoon Darius. De vader stond haar af, onder beding echter dat zij priesteres van Anaitis moest worden. Daarover kwam de zoon tegen zijnen vader in opstand, doch moest dit boeten met zijn leven.