Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Ammonius

betekenis & definitie

dus heetten verscheidene naam gemaakt hebbende personen.

1) A. van Alexandrië, de Peripateticus, leefde in de eerste eeuw na Chr., en had, onder meer anderen, Plutarchus tot leerling.
2) A. (bijgenaamd Saccas, omdat hij, eer hij philosooph werd, zakkedrager van beroep was geweest) uit Alexandrié, waar hij 241 na Chr. stierf, is bekend als de stichter van eene philosophische school.
3) A., zoon van Hermias, in het laatst der 5e eeuw na Chr., alexandrijnsch wijsgeer, was een der beste uitleggers op Aristoteles.
4) A., alexandrijnsch taalkenner uit de 4e eeuw, schreef een Lexicon van zinverwante en verschillende woorden (uitgegeven door Valkenaer, Leyden 1732; en te Leipzig l822).
5) A., een dichter, die ten tijde van Arcadius en Theodosius geleefd,en den oorlog tegen Gainas den koning der Gothen bezongen heeft.
6) A., een monnik te Alexandrié, leefde in het laatst der 4e eeuw, sneed zich een oor af ten einde zich onbekwaam te maken voor de bisschoppelijke waardigheid, waartoe men hem wilde verheffen, en schreef een verhaal van de wijze, waarop in 377 de monniken op den berg Sinai waren uitgeroeid door de Sarracenen.
7) A., stichtte een klooster te Nitria in Egypte, en schreef in het Grieksch een betoog over het nut van het monnikwezen (door G. J. Vossius in het Latijn vertaald).
8) A., heelmeester te Alexandrië, bijgenaamd Litholomus, omdat hij de eerste was, die steenlijders van den steen heeft gesneden.
9) A. (Levinus), geb. omstreeks 1475, gest. 1556, een karthuizer monnik te Gent, eigentlijk genaamd L. van der Mande, wordt door Erasmus geprezen om zijne geleerdheid en godsvrucht.
10) A.; zie AMMON (Gaspar).

< >