oud patricisch geslacht uit het kanton Freiburg, uit hetwelk Frans van A. afstamde, die in het begin der 18e eeuw in het franschc leger diende, en 1734 als divisie-generaal bij Guastaila sneuvelde.
(Lodewijk August Augustijn, graaf van), zoon des voorgaanden, geb. te Versailies 1713, wijdde zich eerst aan de militaire loopbaan, en ging 1755 als fransch gezant naar den Haag. In 1756 erlangde hij de grafelijke waardigheid; 1771 trad hij met den rang van divisie-generaal weder in dienst hij het leger, en voerde, in den hagchelijken tijd der omwenteling, het bevel over de zwitsersche garden. Na de gebeurtenissen van 10 Aug. 1792 werd hij in hechtenis genomen, doch weldra weder op vrije voeten gesteld. Hij stierf 1793, op zijn kasteel St.Barthélemyin Waadland.
(Lodewijk Augustijn Philip, graaf van), zoon van den vorige, geb. 1743, voerde gedurende de omwenteling het bevel over de zwitsersche regementen aan den Boven-Rijn, doch trad 1792 van het staatsloopeel af en vestigde zich te Freiburg. In 1798 nam hij het bevel over de kantonstroepen op zich, en Napoleon benoemde hem 1803 tot eersten landaminan van Zwitserland, welken post hij tot aan zijnen dood, 26 Junij 1810, bekleedde.
(Karel Philip, graaf van), zoon van den vorige, geb. 1772, begon zijne loopbaan bij de zwitsersche garde, bleef vervolgens bij het fransche leger, en voerde in den russisehen veldtogt, 1812, hevel over een regement. Hij stierf 2 Aug. 1818, op zijn landgoed hij Freiburg.