lapis infernalis, salpeterzuur zilveroxyde, een der meest gebruikte bijtmiddelen. Men giet dit in den vorm van een stift, waarbij het doelmatig vermengd wordt met wat chloorzilver, om het wat harder te maken.
De stift wordt vooral gebruikt om te weelderig granuleerende wonden te etsen. Een minder sterk werkende stift, bestaande uit 1 deel zilvernitraat met 2 deelen kaliumnitraat, wordt Lapis mitigatus genoemd. Ook een oplossing wordt veel gebruikt. Moet deze sterk bijtend werken, b.v. op zweren, dan wordt een verhouding van 1 op 2 à 3 deelen water genomen; voor het penseelen van het bindvlies der oogen, bij chronische catarrh daarvan, of voor inspuiting bij gonorrhoe worden veel zwakker oplossingen gebruikt (0.1—1 pCt.). Wil men de werking van den H. opheffen, dan bestrijkt men de ermee in aanraking gebrachte plek dadelijk met een oplossing van keukenzout. Ook inwendig werd H. gegeven, b.v. tegen chronische maagcatarrh en vallende ziekte. Bij langdurig inwendig gebruik van zilverpreparaten krijgt de huid een grijsblauwe kleur, welke door niets meer verwijderd kan worden (Argyrie).