ander, anders; overig, tweede, nog een, verder, nieuw; l’autre dimanche, 1. verleden Zondag; 2. aanstaande Zondag; d’un autre âge, uit de tijd; nous autres Hollandais, wij Nederlanders; l'Autre, Napoleon; à d’autres!, maak dat anderen wijs!; c'est un homme comme un autre, ’t is een heel gewoon iemand; c'est une manière comme une autre, dat is óók een manier; il n'en fait pas d’autres, zo doet hij nu altijd; j'en ai vu bien d’autres, ik heb nog wel andere dingen beleefd; zie ook: chose, jour, part.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk