Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2018

Spencer

betekenis & definitie

trui zonder mouwen

Toen George John Spencer op 1 september 1758 in Wimbledon werd geboren, was er al één Spencer die zijn naam had vereeuwigd. Georges overgrootvader, Charles Spencer, de derde graaf van Sunderland [1674-1722], droeg een opmerkelijke pruik, die in het Engels naar hem spencer werd genoemd.

Dit zou slechts een beginnetje blijken te zijn. In honderd jaar tijd verankerden maar liefst zeven verschillende Spencers, onder wie twee Amerikanen, hun naam in de taal. Vier van hen deelden de verantwoordelijkheid voor tien verschillende betekenissen van spencer, dat in het Engels onder andere reddingsvest, geweer en zeil kan betekenen.

In het Nederlands is het iets eenvoudiger. In de 19de eeuw betekende spencer een 'trui zonder mouwen', vervolgens een 'strakke damesblouse met pandjes' terwijl het volgens Koenen 'sinds ongeveer 1945 wederom jakje, pullover voor dames en kinderen zonder mouwen' betekent.

Dit laatste is allemaal te danken aan George John, die op 23 oktober 1783, 25 jaar oud, zijn vader opvolgde als de tweede graaf van Spencer.

Spencers belangrijkste politieke functie was die van minister van marine tijdens de oorlog met Frankrijk. Hij werd in december 1794 benoemd en bleef zes jaar in functie. Een periode die volgens zijn Britse biograaf kan worden beschouwd als 'The most stirring, the most glorious in our naval history'.

Het naar hem genoemde kledingstuk, een kort mouwloos vest zonder panden, kwam al tijdens Spencers eerste jaar als minister in de mode. In 1795 omschreef een sportblad het als een 'fashionable coatlet'.

Overigens had deze vernoeming, zoals bij zoveel eponiemen, niets met Spencers werk te maken. M.A. Thoms gaf in 1853 in zijn bewerking van Pulleyn's Etymological Compendium de volgende verklaring: 'His Lordship was commissaris van de koningin in Ierland toen hij tijdens een jachtpartij de pech had een van de panden van zijn jas te scheuren terwijl hij over een omheining sprong. Waarop His Lordship het andere pand van zijn jas scheurde terwijl hij opmerkte: 'Om er slechts één te hebben is als een varken met één oor te zijn.' Een vindingrijk genie knoopte de hint in zijn oren, maakte enkele van deze halve jassen en noemde ze bij wijze van compliment naar Lord Spencer.'

Een prachtige verklaring, maar een die volgens Ernest Weekley juist door de vele details met een korreltje zout moet worden genomen. Er bestaan dan ook concurrerende verklaringen, zij het minstens even anekdotisch. Volgens de een wedde Spencer op een gegeven moment dat hij in z'n eentje de mode kon veranderen door iets ongewoons te dragen. Volgens een ander dommelde de graaf tijdens een feestje voor de open haard in slaap, verbrandde een mouw en scheurde de ander er toen ook maar af.

In feite is niet precies bekend waarom het mouwloze vest naar graaf Spencer is genoemd, af heeft de theorie van de jachtpartij veel aanhangers.

De graaf van Spencer trok zich op zijn vijftigste uit het openbare leven terug om zich te wijden aan zijn passie: het verzamelen van boeken. Hij breidde de bibliotheek van zijn overgrootvader (die van de pruik) uit tot een van de fraaiste van Europa. Tot aan zijn dood op 10 november 1834 verscheen er geen belangrijk boek op de markt voordat Lord Spencer een bod had kunnen doen. Toen de enorme Bibliotheca Spenceriana in 1892 voor 250Ê000 pond werd verkocht aan de weduwe van John Rylands, droegen kouwelijke Engelse meisjes in de winter als onderhemdje een wollen spencer.

Andere overkleding die naar een persoon is genoemd: de attila, een met tressen versierde uniformjas, gedragen door de huzaren en het Nederlands-Indische leger en oorspronkelijk de naam van een Hongaars nationaal kledingstuk, naar Attila, koning van de Hunnen van 434 tot 453; de chesterfield, niet alleen een armstoel of canapé, maar ook een overjas, naar een 19de-eeuwse Earl of Chesterfield; het colbert, een jas zonder panden, is zo genoemd naar de Franse staatsman Jean Baptiste Colbert [1619-1683], maar waarom precies, dat weet niemand. Het woord komt alleen in het Nederlands voor en dateert van het einde van de vorige eeuw; de havelock, in het Engels alleen de witte doek aan de achterkant van een tropenhelm maar in het Nederlands en Duits een herenoverjas met lange kraag, is zo genoemd naar Sir Henry Havelock [1759-1857], een beroemde Engelse generaal die het grootste gedeelte van zijn leven doorbracht in India; het jak, ooit een korte wapenrok, is volgens sommigen omstreeks 1360 zo genoemd naar een zekere Jacques de Beauvais. Anderen houden het op Jacques Bonhomme, een algemene naam voor 'boer'. De wapenrok zou zijn gedragen tijdens de boerenopstanden, de jacqueries; de macfarlane, een lichte mouwloze overjas met kap, omstreeks 1859 uitgevonden door een zekere MacFarlane; de mackintosh, een waterdichte regenjas, naar de Schotse scheikundige Charles Mackintosh [1766-1843], uitvinder van het waterdichte textiel mackintosh, dat hij op 17 juni 1823 patenteerde; de montycoat of houtje-touwtje-jas, naar het model van de militaire jas van de populaire Britse maarschalk Bernard Law Montgomery [1887-1976]; en de rokkelore, een tot de knie‘n reikend overkleed, naar de Franse maarschalk Antoine-Gaston, hertog van Roquelaure [1656-1738].

Vergelijk raglan en sandwich