Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2018

Pèche-melba

betekenis & definitie

ijsgerecht met perzik

De pèche-melba is ontstaan uit onenigheid tussen een wereldberoemde zangeres en een even beroemde kok.

De zangeres werd op 19 mei 1861 in een voorstad van Melbourne in Australië geboren. Helen Porter Mitchell had een vader die goed kon zingen en een moeder die goed piano, orgel en harp speelde.

Helen zelf wilde aanvankelijk pianiste worden. Ze nam haar eerste officiële zangles pas op haar 22ste, nadat iemand tegen haar had gezegd dat ze weliswaar verdienstelijk piano speelde, maar dat ze beroemd zou worden als ze zich alleen op het zingen toelegde.

In Londen, waar haar vader een baan kreeg, maakte Helens stem aanvankelijk weinig indruk, maar in Parijs viel zanglerares Marchesi zowat van haar stoel. 'Zij rende de kamer uit', schrijft een naslagwerk, 'om haar echtgenoot te vertellen dat ze eindelijk een echte ster had ontdekt.'

In december 1886 gaf Helen een huisconcert bij haar nieuwe zanglerares. Ze trad op als Madame Melba (afgeleid van Melbourne), een naam die ze het grootste gedeelte van haar leven zou dragen. Vanaf 1918 mocht ze de Engelse titel 'Dame' voeren en stond ze bekend als Dame Nellie of Dame Melba.

Een volgend huisconcert trok de aandacht van de Parijse impresario Maurice Strakosch, die Melba voor een bescheiden honorarium tien jaar lang contracteerde. Toen vervolgens het Munttheater in Brussel Melba uitnodigde in Rigoletto te komen zingen, weigerde Strakosch hiervoor toestemming te geven. Melba en haar zanglerares waren de wanhoop nabij, maar drie dagen voor het optreden stierf Strakosch plotseling en op 13 oktober 1887 sloeg Madame Melba's debuut in als een bom.

In 1890, tijdens een van de talloze tournees die volgden, kreeg Melba het aan de stok met Georges-Auguste Escoffier, de beroemde Franse chefkok van hotel Ritz in Londen. De diva gaf een galasouper en wilde pèches flambées als dessert, maar Escoffier stond erop ijs te serveren.

Nu was Melba iemand om rekening mee te houden. Zij was klein van stuk, maar zeer wilskrachtig en fel. 'Ze kon het succes goed aan', schrijft haar biograaf, 'maar ze kon af en toe driftig zijn. Zoals vele artiesten had ze haar portie ijdelheid en ze had jaloerse trekjes.'

En dus eindigde het dispuut in een compromis: een nieuw gerecht van Escoffier dat bestond uit roomijs met perzik met frambozenpuree en slagroom. De prima donna was tevreden en voelde zich vereerd toen Escoffier het gerecht naar haar pèche-melba noemde.

Wie precies de Melbatoost heeft uitgevonden is niet duidelijk. Volgens de een weigerde Melba, tijdens een vermageringskuur, van Escoffiers vermaarde paté te eten als die op brood werd opgediend. Samen met mevrouw Ritz bedacht de Franse chefkok toen de knapperige, dunne stukjes Melbatoost. Anderen schrijven de uitvinding toe aan een kok van het Savoy-hotel in Londen.

Dame Melba stierf op 23 februari 1931 in Sydney, 69 jaar oud. Een jaar later kocht Marjorie Weil de fabriek Devon Bakeries in New York. Zij ontdekte dat de sterk krullende en breekbare Melbatoostjes, tot dan een exclusief hapje in dure restaurants, plat uit de oven kwamen als je een strijkijzer op het deeg zette. Melbatoost wordt sindsdien op grote schaal geproduceerd en het woord komt in vrijwel ieder Engels woordenboek voor. Hoewel het van een merknaam een soortnaam is geworden, beperkt Van Dale zich tot het opnemen van pèche-melba.

Andere zoetigheid die naar een persoon is genoemd: de sachertaart, een met abrikozenmarmelade gevulde chocoladetaart, in 1832 uitgevonden door Franz Sacher [1816-1907], toen nog koksleerling in de hofhouding van staatskanselier Metternich. Het geheime recept werd overgedragen aan zoon Eduard Sacher, oprichter van het eerste Sacherhotel in Wenen; de tarte Tatin, een omgekeerde appeltaart met gebrande suiker, omstreeks 1850 bij toeval uitgevonden door Caroline Tatin, die samen met haar zuster Stéphanie in Lamotte-Beuvron in Frankrijk Hotel Tatin leidde. Het hotel serveert de taart nog altijd; het snetlaagje, een zeer dun beschuitje met suiker en anijszaad, waarschijnlijk uitgevonden door de Amsterdamse bakker Snethlage; en de vanspeijkjes, een soort kletskoppen, zo genoemd naar Jan Carel Josephus van Speijk uit Amsterdam [1802-1831], de held uit de Nederlands-Belgische oorlog. Op 5 februari 1831, tijdens het beleg van Antwerpen, redde marineofficier Van Speijk de eer van het vaderland door zijn door de Belgen veroverde kanonneerboot op te blazen - en daarmee ook zichzelf.

Zie ook bij madeleine