Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 07-02-2017

lekje

betekenis & definitie

Lekje is in 1900 in Antwerpen aangetroffen voor 'slokje, borrel'. Het woord gaat terug op lekken, in Vlaanderen voorheen de gewone vorm van likken, dus 'met de tong over iets gaan'. Lek werd gebruikt voor 'zoveel als men met een lik op kan, een zeer kleine hoeveelheid' en vervolgens ook voor 'druppel'. Men sprak van een lek bier en een lek koffie. De verkleinvorm lijkt vooral te zijn gebruikt voor 'borrel'. Een Antwerps dialect woordenboek gaf in 1900 als voorbeeldzin: 'Drij keeren daags vier lekskens nemen bij iedere maaltijd.' In Gent zei men later aan de lekpot geraken voor 'zich aan de drank overgeven'. Lekje staat sinds 1924 in Van Dale en is in 1986 gehoord in Amsterdam.