Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 05-05-2018

House, house-muziek

betekenis & definitie

(1987, uit het Engels) monotone, elektronische dansmuziek

House ontstond omstreeks 1982 in The Wárehouse in Chicago, een club die was gevestigd in een oud pakhuis. Frankie Knuckles was daar discjockey sinds 1977. Hij staat te boek als de 'Godfather of house'. Al in 1971, als discjockey in New York, was Knuckles begonnen om bestaande platen met elkaar te combineren met behulp van twee draaitafels en een mengpaneel. Hij mengde disco- en zogeheten Philly-soulnummers met de elektronische muziek van groepen als Kraftwerk en New Order tot nieuwe dansmuziek. Later maakte hij hiervoor gebruik van drumcomputers, synthesizers, sequencers en sample-apparatuur.

Knuckles verliet The Warehouse in 1983, maar toen was de nieuwe dansmuziek, die naar de dansclub house werd genoemd, al populair buiten Chicago. Vanuit Amerika waaide de nieuwe muziek in 1986 over naar Londen, waar house eerst alleen in undergroundclubs te horen was. Nadat Britse discjockeys de muziek in de zomer van 1987 bij de toeristen op Ibiza in de mode hadden gebracht, brak in Londen een houserage uit.

In het najaar van 1987 was house voor het eerst in Amsterdam te horen, in de club RoXY, waar de muziek aanvankelijk nauwelijks publiek trok. Maar nadat in september 1988 in Amsterdam de eerste grote house-party was gehouden, verbreidde het fenomeen zich als een olievlek.

Aanvankelijk bleef het ondergronds: de organisatoren werkten met uitnodigingen, 'flyers' die van hand tot hand gingen en binnen allerlei netwerken werden verspreid. Na ruim een jaar kregen house-party's een slechte naam, vooral door het gebruik van de drug ecstasy of xtc. In Utrecht raakte een jongen zwaar gewond en in Amsterdam liep een feest volledig uit de hand, waarbij een moskee werd ontheiligd. Rond de jaarwisseling 1989-1990 werden een aantal feesten verboden. Medio 1991 waren de house-party's zo populair en vaak massaal geworden dat de echte pioniers al nostalgisch terugblikten. Eind 1991 werden in Nederland maandelijks zo'n vierhonderd nieuwe house-platen uitgebracht.

Als verklaring voor de populariteit van house-muziek wordt vaak de hartslagtheorie gegeven: het tempo van veel housenummers is 120 beats per minuut (bpm) en wie danst bereikt door de inspanning dezelfde hartslagfrequentie, waardoor muziek en lichaam een eenheid vormen. Het is echter heel onwaarschijnlijk dat de hartslag bij inspanning bij iedereen precies op 120 slagen zou blijven steken.

House kreeg al snel te maken met talloze afsplitsingen. Op een gegeven moment onderscheidde men acid house, deep house, ethno house, garage house, hip house, mellow house, soft house, soul house, techno house en tribal house - stijlen die alleen door kenners uit elkaar te houden zijn. Nederland was in 1991 internationaal toonaangevend op het gebied van gabber-house, een extreme vorm van house waarbij het ritme in 1993 werd opgeschroefd tot 180 bpm. Gabber is hier overigens geen Engels woord, maar Amsterdams voor 'makker'.

De afgelopen jaren is vele malen voorspeld dat de house-rage binnen een jaar voorbij zou zijn. Vooralsnog is dat echter niet het geval. Discjockey 'Per' (1964), een van de tien beste house-dj's in Nederland, weet waarom: 'House-muziek is de westerse variant op de trancemuziek. In Afrika doen ze dat met trommeltjes om een kampvuur. [...] Als het een goede avond is, ga je helemaal kapot.'

Engels house (1986).
Koenen & Smits Peptalk (1989) 136; Greg Kot. 'House what it is. How it began', in: Chicago Tribune 19.8.1990; American Speech 66.3 (1991) 316-317, 320-321; Geert Mak, 'Ecstasy', in: NRCH 29.6.1991; Bernard Huisman, 'De meisjes blijven weg', in: NRCH
22.1 1.1991; Alain C. Verhave, P. ter Weijden Amsterdam Housenation (Doctoraalscriptie UvA 1991); Tulloch Oxfo. dict new words (1992) 157; Laura Starink, 'DJ Per', in: NRCH 4.1.1993.