Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

migrant

betekenis & definitie

Letterlijk: iemand die naar een andere streek of land verhuist (van het werkwoord migreren: zich elders vestigen). De term is niet helemaal correct vermits de betrokkene vaak in Nederland of België geboren is. Sedert de instroom van gastarbeiders, asielzoekers en dergelijke vanaf de jaren zestig van de twintigste eeuw is het taboe op rassendiscriminatie langzaam toegenomen. Er valt een zekere schroom te bespeuren in onze houding tegenover onze gekleurde* medemensen, getuige de talrijke pogingen tot het zoeken naar het perfecte eufemisme: allochtoon*; buitenlander*; gastarbeider*; medelander* enzovoort.

De Amsterdamse SPD, op zijn beurt, telt negen allochtonen ‘migranten’ zoals ze zelf zeggen, ‘om gevoeligheden te voorkomen’ op een totaal van honderdvijftig medewerkers.

NRC Handelsblad, 19-02-2000

Hoe dan ook, als het ervan komt, mag in het parlementair onderzoek één thema zeker niet ontbreken: de periodieke commotie rond migranten.

De Groene Amsterdammer, 01-05-2000

< >