Wat is de betekenis van Migrant?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

migrant

migrant - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die migreert, een landverhuizer 2. buitenlandse werknemer Woordherkomst Naamwoord van handeling van migreren met het achtervoegsel -ant

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

migrant

migrant - zelfstandig naamwoord uitspraak: mi-grant 1. iemand die (al dan niet tijdelijk) naar een andere streek of naar een ander land is verhuisd ♢in de bloembollen werken veel migranten Zelfstandig naamwoord: mi-grant ...

2024-04-19
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

migrant

Letterlijk: iemand die naar een andere streek of land verhuist (van het werkwoord migreren: zich elders vestigen). De term is niet helemaal correct vermits de betrokkene vaak in Nederland of België geboren is. Sedert de instroom van gastarbeiders, asielzoekers en dergelijke vanaf de jaren zestig van de twintigste eeuw is het taboe op rassendiscrimi...

2024-04-19
Lexicon van de multiculturele samenleving

Martin Meulenberg (2003)

Migrant

Persoon die zijn geboorteland of -streek verlaat om zich voor langere tijd in een ander land te vestigen.

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Migrant

[v. Lat. migrans, migrantis o.dw van migrare = verhuizen) persoon die naar ander land verhuist.

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Migrant

iemand die naar een ander land verhuist; gastarbeider

2024-04-19
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

migrant

I. zie migratory; II. 1. trekvogel; 2. landverhuizer; 3. zwerver.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)