Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

huisje

betekenis & definitie

Het verouderd eufemisme voor het toilet. Een verkorting van ‘kak- of schijthuis’, woorden die geen fatsoenlijk mens nog in de mond neemt. Ze hebben een kwalijk geurtje. Vieze dingen worden liefst niet bij de naam genoemd.

Het hoeft ons dan ook niet te verbazen dat de afgelopen eeuwen talrijke verhullende benamingen bedacht werden voor het ‘kleinste*' kamertje’. ‘Huisken’ komt o.a. voor bij Amaat Joos. Een veel gebruikte techniek bij eufemismen is de keuze voor een algemenere term of hyperoniem in plaats van het te vermijden woord. Vroeger zei men ook: ‘het huisje waar de koning te voet gaat’. Zie verder bestekamer*'; geheim gemak*; plee*'; retirade*; vertrek*.

Het secreet, ‘gemak’ of ‘huiske’, of hoe men het noemde, stond op de messing of boven een gegraven gracht. Wij vonden dit wijkhuiske vermeld... in de beschrijving van de Hofstede te Rossem.

P. Lindemans: Geschiedenis van de landbouw in België. 2 dln. 1952, geciteerd in WNT