playboy; versierder; vrouwengek. De Spaanse toneelschrijver en theoloog Gabriel Tellez (1571-1641), beter bekend onder het pseudoniem Tirso de Molina, is verantwoordelijk voor het gebruik van deze naam voor een onvermoeibare rokkenjager. Don Juan is de hoofdfiguur in een stuk uit 1630 over het leven en de liefdes van een legendarische Spaanse edelman: ‘El Burlador de Seville (de vrouwenverleider van Sevilla)’. Mozart zorgde voor een verdere verbreiding van zijn reputatie.
Hij maakte er een Italiaanse naam van (Don Giovanni) die hij gebruikte als titel van een beroemd geworden opera. Don Juan inspireerde verder ook Molière, Byron, Shaw en vele anderen uit de wereldliteratuur. Een andere ‘geile bok’ was Casanova, genoemd naar de edelman Giovanni Jacobo Casanova de Seingalt (1725179 8). Ook zijn naam werd een begrip!
Komt ’s nachts een fatsoenlijk man... Om de jongejuffrouw, net als don Juan..., Dan hou ik me maar doof en ik weet er niet van. (Een waakhond spreekt.)
G. van de Linde: Gedichten van den Schoolmeester. 1859, geciteerd in WNT