Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

ST.-EUSTATIUS

betekenis & definitie

Een van de Nederlandse Antillen. In 1635 verkregen de Vlissinger Jan Snouck en zijn compagnons vergunning van de Zeeuwse Kamer der Westindische Compagnie om een patroonskolonie in West-Indië te stichten.

Op 25 april 1636 namen ze St.Eustatius in bezit en herdoopten het in NieuwZeeland. Het kwam onder het bewind der patroons ,o.a.Van→ Peretotbloei, aanvankelijk door de verbouw van tabak (de eerste kwam in 1638 in Zeeland op de markt) later ook door suikerriet en katoen, maar vooral door handel.In 1665 werden St.-Eustatius en Saba veroverd en geplunderd door boekaniers van Jamaica. In 1667 werden de eilanden heroverden 1672 wederom doorEngelsen bezet. Bij de vrede van Westminster (1674) werden St.-Eustatius en Saba in naam weer Nederlands, maar door de oorlog met Frankrijk bleven ze onder beheer van de commandant van de Engelse Benedenwindse Eilanden. Na de vrede van Nijmegen (1678) verzocht Van Pere de Staten-Generaal stappen te ondernemen bij de Engelse koning tot teruggave der eilanden. Karei II stond dit in 1681 toe. In 1683 verkocht Van Pere zijn rechten aan de W.I.C., die in St.-Eustatius geïnteresseerd was vanwege de gunstige ligging voor het inrichten van een slavendepot.

In de 18e eeuw ontwikkelde het eiland zich tot een markt van Europese en Amerikaanse goederen, waarbij de smokkelhandel een grote rol speelde. Na 1781 verplaatste de handel zich grotendeels naar het Deense eiland St.-Thomas. In 1792 kwamen St.-Eustatius en Saba van het bestuur der W.I.C. rechtstreeks onder staatsbestuur.

LITERATUUR

Hartog, Geschiedenis van de Nederlandse Antillen. Menkman, West-lndische Compagnie. Encyclopedie Nederlandse Antillen.

< >