Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

OOSTERWOLDE

betekenis & definitie

Sinds 1886 hoofdplaats van Ooststellingwerf (3912 inw.). Buurschappen: Venekoten, Boekhorst, Buttinga, Lage Duurswoude, Medhuizen, Klazinga, de Poel, Weper, Weperpolder, de Knolle, Jardinga, Prandinga, Steginga, Nanninga, Drie Tolhekken.

Voor 1850 onbelangrijke plaats, met in het midden het oude landshuis, de Barelds- of Oostenburg, woonplaats van de grondeigenaarsgeslachten Barelsen, Gasinjets, Prakken, Van der Sluis. Goederentramlijn naar Steenwijk en Smilde.

Herv. kerk en kapel. Geref. en r.k. kerk.

Openb. lagere school, school met de bijbel, school voor chr. voortgezet onderwijs, lagere landbouwschool, uloschool, B.L.O.school, kleuterschool, rijks-H.B.S., bejaardencentrum ‘Rikkinga’s Hof’, r.k. verpleegcentrum Mariënhof. Veel onkerkelijkheid.

P.v.d.A.-meerderheid. Taal: ⅓ , Fries, 2/3 Stellingwerfs.

Grote coöp. zuivelfabriek, coöp. malerij. Lichte metaalindustrie, koopcentrum.

Voor het wapen -> Dorpswapens.Zie: Leeuw. Cour. (2, 13.7.1928); Repert., 205; Algra, De Historie II, 132-142.