Geregeld L. bestaat in Nederland sedert begin 17de eeuw, in 1795 rijkszaak. De ‘Dienst van het loodswezen, de betonning’ en bebakenmg en de kustverlichting, ressorteert thans onder het ministerie van Marine.
De dienst L. in Harlingen, waar sedert 1924 het commissariaat zetelt van het eerste district (Eems en Fr. Zeegat) en het tweede district (Terschelling en het Vlie), heeft de zorg voor de veiligheid van de scheepvaart langs de Fr. en Groningse kust en naar en van de Fr. en Groningse havens.Het L. heeft twee loodsboten voor de Eems en één voor het Vlie, verzorgt de betonning van de mijnenvrije vaargeulen op de Noordzee N. van de Waddeneilanden (de ET- en ST-routes), van de banken voor de kust, van de zeegaten en van de geulen op het Wad, is belast met de kustverlichting, dus ook met de zorg voor de vuurtorens op de eilanden (het lichtschip Terschellingerbank ressorteert onder het derde district te Den Helder), heeft op Terschelling bovendien een radiopeilstation (‘Gonio’) voor de scheepvaart op de Noordzee, dat in samenwerking met de peilstations te Den Helder, IJmuiden en Hoek van Holland een om een peiling vragend schip in ca. één minuut via radio Scheveningen de juiste positie meldt. Een belangrijk onderdeel is verder de kustwacht, een waamemings- en waarschuwingsdienst, die de hulpverleningsorganisaties (reddingwezen, bergingsbedrijf, opsporings- en reddingdienst van de marine e.d.) alarmeert als schepen of vliegtuigen in nood verkeren. Kustwachtstations zijn o.m. de vuurtorens van Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog, dag en nacht bezet, en de vuurtoren van Vlieland, alleen ’s nachts bemand. De loodsdienst voor het Vlie werd verzorgd met een van de rederij Doeksen op Terschelling gecharterd schip; tot het L. in 1956 de beschikking kreeg over een eigen loodsboot voor het Vlie, gestationeerd op Terschelling. Zeeloodsen zijn geplaatst te Terschelling, binnenloodsen te Harlingen.
