geslacht uit N.-Holland, vermoedelijk bastaardtak der heren van C., die zelf uit een bastaard van Willem III van Holland stamden. In de 16de eeuw vestigden zich in Frl.
Adriaen C., wiens tak begin 17de eeuw uitstierf, en zijn neef Jacob (overleden 1572), die trouwde met Bauck van Adelen. Hun zoon Claes (f 1629) werd geadopteerd door zijn oom Claes van Adelen en stichtte de tak v.
Adelen v. C., die ca. 1700 uitstierf.
Claes’ zoon Sybolt (1601-44) werd bekend door een ms. stamboek van de Fr. adel met getekende wapens, zie Wapenboeken.Zie: Stb. I, 1; 11, 1; Reg. Leeuw. Cour., 30; Repert., 235.
—, Adriaan van, portretschilder (Schagen?-Bergum na 1604). In 1567 secretaris van Tietjerksteradeel. Zijn signatuur bestaat uit een cryptogram (Aaaa = Adrieaen). Werk in Fr. Museum en Prado te Madrid. Zie: Oud-Holland 51 (1934), 1-10, 144; A. Wassenbergh, L’art du portrait en Frise au seizième siècle (Leyde 1934).