(Wormer circa 1903-1981). In de jaren ’30 en daarna volksdichter en -schrijver.
Schoute ging als 14-jarige op een industriemolen (De Jonge Prinses) werken en publiceerde in De Zaanlander vele gedichten over het molenleven, daarbij legde hij als een der eersten ook de uitspraak van de Zaanse volkstaal vast. In 1972 verscheen zijn boekje ‘Herinneringen van een hutjongen’, uitgegeven te Zaandijk. Een bundel vooral anekdotische bijzonderheden over zijn geboortedorp ‘Tussen Zwet en Zaan’ is in 1979 in een zeer kleine oplage verschenen. Een merkwaardig toeval wil dat in de eerste helft van de 19e eeuw ook een zekere Hendrik Schoute(n) te Westzaan volksdichter werd genoemd. Deze naamgenoot schreef eveneens molenrijmen en een gedicht naar aanleiding van de torenval in zijn woonplaats (1843). Zijn bijnaam: ‘Hein de Rijmer'.