Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Gepubliceerd op 02-10-2020

Molenrijmen

betekenis & definitie

Tot het begin van de 20e eeuw zijn molenrijmen tamelijk algemeen bekend gebleven. Dit waren berijmde opsommingen van molens, in de volgorde van hun ligging, en ze dienden als hulpmiddel om zowel de namen als die ligging van de honderden molens te onthouden.

Het waren typische volksrijmen, die men uit het hoofd kende en die door ouders werden gebruikt om hun kinderen vertrouwd te maken met hun omgeving.De vorm van de molenrijmen maakt duidelijk dat ze ontstonden in een tijd dat nog weinigen konden lezen en schrijven. Ze bestaan uit korte regels en het rijmschema is 'gepaard', dat wil zeggen dat de eerste regel rijmt op de tweede, de derde op de vierde enzovoort.

Juist dit zeer eenvoudige rijmschema en de bondige regels maakten dat de rijmen in het geheugen bleven. Feitelijk vormen ze een uniek element van de Zaanse cultuur van de

17e tot in de 19e eeuw. Ze verwijzen bovendien naar de oorsprong van de dichtkunst, die allereerst diende om de geschiedenis van geslacht op geslacht over te dragen. Rijm en metrum waren daarbij onmisbare hulpmiddelen om de tekst te kunnen memoriseren.

Dr. G.J. Schoute wijdde aan de molenrijmen een artikel in 'De →Zaende' 1946. Willem →Buys Pz. vermeldde eerder, in 1919, een aantal voorbeelden in zijn 'De windmolens aan de Zaanstreek'. waaronder een rijm met 93 namen van molens die men passeerde bij een schaatstocht door het Westzijderveld te Zaandam. Een voorbeeld van een (kort) molenrijm is in de marge hiernaast opgenomen. Hoewel nog wel enkele andere kleine publikaties over de molenrijmen bestaan, ontbreekt een goede studie, terwijl het fenomeen in volks- en naamkundig opzicht interessant genoeg lijkt voor verder onderzoek.

Daarbij zouden dan ook de rijmen betrokken kunnen worden die op de naamborden van vele molens voorkwamen. Zoals dit, op het naambord van molen De "Dikkerd: 'Ik ben gebouwd door Godes zegen / en aan de Zaan ben ik gelegen / Om alle soort van hout te zagen; / De naam van Dikkerd blijf ik dragen'. Een tamelijk recent rijm op een naambord (molen De "Huisman. Zaanse Schans) luidt: ‘Hier kreeg een kippenvrijer / Een huisman tot berijer.'

Tenslotte kende de volksmond nog een aantal korte rijmpjes over de molens, waarvan het bekendste is: ‘De Juffer en De Jonker knijpen de kat in het donker'. Juffer en Jonker waren dicht bij elkaar gelegen molens in oostelijk Zaandam.

Buiten beschouwing worden hier gelaten de honderden gedichten die in kranten, tijdschriften, jaarboeken enzovoort aan de Zaanse molens zijn gewijd.

Klaas Woudt

< >