Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Gepubliceerd op 02-10-2020

Enge Wormer

betekenis & definitie

Droogmakerij van een voormalig meer, ten zuiden van de gemeente Wormer. De naam (vroeger ook wel “Kleine Wormer”) ontstond tengevolge van de tegenstelling in oppervlakte met de Wijde Wormer, eveneens een droogmakerij.

Meet de laatste, in 1626 drooggemalen en verkaveld, ruim 1513 hectare, de Enge Wormer heeft een oppervlakte van iets meer dan tien procent daarvan, namelijk ongeveer 158 hectare. De bodem van de Wijde Wormer ligt ook iets lager: 4.75 beneden N.A.P. (Nieuw Amsterdams Peil) tegenover de Enge Wormer 3.75 meter beneden N.A.P. (zomerpeil). Vóór de droogmaking maakten schippers uit onder meer Jisp gebruik van het meer als vaarweg naar Amsterdam.De ingepolderde Enge Wormer was tot voor betrekkelijk kort een eigen waterschap, omgeven door een eigen ringdijk en -sloot. In deze dijk bevinden zich de ➝ Zuidooster- en de ➝ Bartelsluis, die evenwel van oudsher tot het gebied van het Heemraadschap sp Wormer, Jisp en Nek worden gerekend.

Met de inpoldering is in 1634 begonnen, in 1638 werd het drooggevallen land verkaveld. Vermeldenswaard is dat de aangrenzende Kalverpolder (het oorspronkelijke Haler broekland) aanzienlijk hoger ligt, namelijk ongeveer 1.10 meter beneden N.A.P. Door de drooglegging van de Wijde en Enge Wormer en de wateruitslag uit deze voormalige meren kreeg deze Halerbroek aanzienlijke wateroverlast, zodat al in 1637 dijken en kaden moesten worden aangelegd en de Kalverpolder ontstond.

De Enge Wormer werd aanvankelijk bemalen door twee watermolens, naast elkaar staande aan de Ringsloot, ze sloegen water uit op de Wijde Wormerringsloot. Eén ervan is in de 19e eeuw afgebroken. De zuidelijke was de ➝ Eben Haëzer, die, in samenhang met de bouw van een stoomgemaal, in 1880 tot pelmolen is verbouwd en korte tijd daarna althans vóór 1893, is gesloopt.

Bij de zware stormvloed van 1825 is ook de Enge Wormer ondergelopen. Tijdens de watersnood van 1916 bleef de polder gespaard, mede doordat in allerijl kistdammen en andere versterkingen waren opgeworpen.

Zie ook: ➝ Landschappen 3.3. en 7., alsmede ➝ Natuur in de Zaanstreek 5.3.2.