Wijn & drank Encyclopedie

Jan Zellenrath (1979)

Gepubliceerd op 04-05-2021

Rheingau

betekenis & definitie

Voornamelijk witte wijnen en enkele rode. Rijndal, Duitsland

Dank zij het uitermate gunstige klimaat in de luwte van het Taunusgebergte, zullen wijnen uit de produktiestrook langs de Rijn vanuit Hochheim in het oosten tot Rüdelsheim in het westen in middelmatige of slechte jaren meestal betere resultaten opleveren dan in andere grote wijnbouwgebieden bereikt worden. Evenwel zullen in grote jaren befaamde Pradikat-wijnen uit Rieslingdruiven, aangeplant tussen Eltville en Winkel, een onvergelijkbaar niveau kunnen bereiken. De meest charmante Moezelwijnen, hoe mooi ze ook mogen zijn, zullen nooit het temperament en ras hebben dat de grote Rheingauers eigen is. Sommige witte Bourgognes zijn voldoende robuust en hebben het karakter om met vergelijkbare, droge Rheingauers te wedijveren.

Men kan zelfs stellen dat een wijn als Chateau-Yquem-Sauternes hen in zoetgehalte overtreft als gevolg van het mildere klimaat in het veel zuidelijker gelegen Bordeauxgebied, maar in kwaliteit evenwaardig is en in kwantiteit verre overtreft. Ontegenzeglijk behoren de gerenommeerde wijnen uit de Rheingau uit laat geoogste druiven tot de erkende koningen in het rijk der wijnen. Ze rijpen langzaam en hebben een lange levensduur.

Rijk en van uitgelezen ras na een warme zomer en een nevelige herfst, profiterend van de mistbanken over de Rijn die de wijnboeren uit de Rheingau de Wijnbouwer noemen, zullen ze hun kwaliteiten 30,40 jaar lang weten te bewaren. Wijn is het enige produkt dat telt van Eltville tot Rüdesheim en rond Assmannshausen, de sector van de rode wijnen die iets verder rond de bocht van de Rijn ligt, waar de stroom van de rivier versnelt. In deze streek is iedereen afhankelijk van klimaat en temperatuursinvloed op de druif. Omdat goede en slechte jaren elkaar afwisselen, wisselen ook welvaart en misère elkaar af. De wijngaarden van de Rheingau hebben mest nodig en dat vormt een probleem: in tegenstelling tot andere wijnbouwgebieden, beschikken de wijnboeren hier niet over bedrijven die rijk genoeg zijn om een voldoende hoeveelheid organische mest te leveren, die ze dus tegen zeer hoge prijzen moeten kopen. De pal op het zuiden liggende hellingen worden tegen de noordenwind beschermd door de met bossen bedekte heuvels van de Taunus; bovendien beschutten de bochten in de Rijn ze tegen de oosten- en westenwinden.

De wijnvelden, in evenwijdig met de rivier aangelegde banen, zijn aangeplant op geaccidenteerd terrein met steile hellingen. ‘Waar de ploeg kan gaan, moet de wijngaard niet gaan’, zo luidt het spreekwoord in de Rheingau, dat een harde waarheid uitdrukt. De hellingsgraad, de ligging op het zuiden en de klimatologische beschutting zijn op deze hoogten de gunstige factoren die het mogelijk maken laat te oogsten; soms laat men de edele rotting tot

in december toe tot ontwikkeling komen. In de Rheingau bereikt de Rijn zijn grootste breedte, meer dan een kilometer. De zonnestralen die hij overdag weerkaatst verwarmen de wijnplanten en intensiveren de zonnewarmte; bovendien houdt hij ’s nachts de zonnewarmte van de dag vast en verdeelt zo de temperatuur gelijkmatig. In het begin van de lente en nog meer aan het eind van de herfst, wanneer de druiven in trossen aan de reeds ontbladerende wijnplanten hangen en de temperatuur het kritieke punt nadert, houdt de zachte nevel van de Rijn de vorst uit de buurt.

De Rheingau strekt zich uit op de noordoever van een punt, even stroomafwaarts van Wiesbaden tot Lorch, dicht bij Assmannshausen. Wijnbouwkundig gezien valt ook Hochheim, dat achter Wiesbaden en Mainz aan de Main ligt en waarvan de wijnen tot hetzelfde type behoren, onder de Rheingau. Van Hochheim is het woord Hoek afgeleid dat in Engeland in enge zin de wijnen van de Rheingau aanduidt en waarvan de betekenis zich tot alle Rijnwijnen heeft uitgebreid.

De totale met wijngaarden beplante oppervlakte ligt iets onder de 3100 ha, wat heel weinig is, de reputatie van de Rheingau over de hele wereld in aanmerking genomen. In Niederwalluf en Hattenheim wordt wat rode wijn gemaakt en in veel grotere hoeveelheid in Assmannshausen; alleen deze laatste verdienen enige aandacht. Maar de Rheingau is het domein van de witte wijnen waarover de Riesling de scepter zwaait. In de overige wijnbouwgebieden van de Rijn verbouwt men de Riesling alleen op de beste plaatsen en is de Sylvaner veel overvloediger; in de Rheingau echter vertegenwoordigt de Riesling 78% van de aanplant, terwijl 20% bestaat uit Müller-Thurgau en nieuwe rassen, kruisingen van Sylvaner en Riesling. De rode wijnen uit Assmannshausen zijn afkomstig van de Spatburgunder, een lang geleden uit Frankrijk geïmporteerd ras van de Pinot noir. De Riesling uit de Rheingau, heel klein en groot van parfum, heeft een dikke schil en is pas laat rijp.

En het is juist de dikte van de schil die deze druif de voorrang geeft boven alle andere in de Rheingau, omdat hij daardoor bestand is tegen de koude dagen aan het eind van de herfst. En als ten slotte de Botrytis cinerea deze harde schil binnendringt, zorgt de edele rotting voor het verwijderen van het water, verhoogt naar verhouding het suikergehalte en verwekt de geheimzinnige chemische veranderingen waaraan we de grootste zoete wijnen te danken hebben. Van de 3000 eigenaren van wijngaarden in de Rheingau bezitten meer dan 1000 minder dan een halve hectare en nog eens 1000 tussen 0,5 en 2 ha; slechts 220 eigenaren bezitten meer dan 2 ha. Deze

statistieken zouden ons misleiden als we daaruit de conclusie trokken dat er in de Rheingau geen grote wijngoederen zouden bestaan, want ze zijn er wel. Hoewel niet erg talrijk, bezitten de grote eigenaren een groot percentage van het geheel en een nog groter aandeel in de beste wijngoederen. Maar deze grote wijngoederen hebben tegenwoordig zwaar te kampen met personeelsgebrek. De grote Opelfabriek, de chemische industrie in Ludwigshafen, Frankfurt en Mainz en de arbeidsplaatsen die Wiesbaden te bieden heeft zuigen het personeel uit de Rheingau weg. In Duitsland, evenals overal elders, vindt men naarmate de levensstandaard stijgt steeds minder landarbeiders. Ondanks deze problemen heeft er sinds 1935 een concentratie van de grote wijngoederen plaats door ruil- en herverkaveling.

De wijngoederen die waren versnipperd door erfenissen en het streven her en der verspreid liggende wijngaarden te bezitten om zodoende de risico’s van de veelal uitermate plaatselijk optredende vorst en hagel te spreiden, maken nu dan ook heel geleidelijk plaats voor aaneengesloten wijngoederen. Deze tendens tot hergroepering heeft zich ook nog geconcretiseerd in een andere vorm, namelijk door het aannemen van de Duitse wijnbouwwet uit 1971. In de Rheingau en de 10 overige vooraanstaande wijnbouwgebieden - die bestimmten Anbaugebiete - is de minimale oppervlakte van een wijngoed, al naar gelang de grond, vastgesteld op 5 tot 10 ha, wil het vergunning krijgen zijn naam op de etiketten van de flessen te vermelden. De wijngoederen die te klein zijn om hun veelal zeer befaamde - appellation te behouden werden merendeels qua appellation ingedeeld bij een naburig groot wijngoed dat wijnen van een soortgelijk karakter produceert.

Op het grote wijngoed Schloss Johannisberg, boven het dorp Geisenheim, wordt een saluutschot afgevuurd telkens als de oogst goed is voor 100 vaten wijn. In vroeger tijden werd de herfstnevel slechts éénmaal door de ontploffing verscheurd, maar tegenwoordig weerklinken ze twee- of driemaal want de produktie is verdubbeld, zelfs verdrievoudigd. Voor de Rheingau als geheel is de stijging sinds het begin van de eeuw 100 tot 150%. Er zijn wijngoederen waar meer dan 100 hl per hectare wordt geoogst. De totale produktie van de gehele Rheingau bereikt gemiddeld 214000 hl. Deze frappante verbeteringen zijn verkregen door het gebruik van kunstmest, een betere selectie van de rassen en door bestrijding van de ziekten.

Door deze vergroting van het rendement heeft men de stijgende arbeidskosten en de onzekerheden die noodzakelijkerwijs drukken op een monocultuur waarvan de resultaten zozeer afhangen van regen en mooi weer, kunnen opvangen. Nog een andere factor in de vooruitgang: de wijnbouwers enten stekken van Riesling op wilde wijnstokken die resistent zijn tegen de phylloxera en verrichten zodoende een wonder: de gelijktijdige verhoging van kwantiteit en kwaliteit. Want uiteraard moet de vraag worden gesteld: is de groei van het rendement niet schadelijk voor de kwaliteit? Experimenten, uitgevoerd door professor Birk van de wijnbouwschool en het onderzoekcentrum van Geisenheim - het beste in zijn genre in Duitsland - hebben bewezen dat sommige rassen Riesling zonder schade voor de kwaliteit drie- tot viermaal zoveel kunnen produceren. (En dat is dan een nieuwigheid die in tegenspraak is met de vanouds overgeleverde regel volgens welke kwantiteit alleen kan worden verkregen ten koste van kwaliteit.)

Andere in de Rheingau uitgevoerde experimenten schijnen niettemin aanwijzingen te geven dat het kort snoeien een procédé dat in het gebied van Bordeaux wijnen van grote kwaliteit geeft voor de Riesling aanleiding is tot het veronachtzamen van de bloesem die moet uitgroeien tot druiven om alle energie te richten op het gebladerte, terwijl de wijnplant, als men hem meer laat uitgroeien, de volle bloei bereikt en zich goed ontwikkelt.

Hoewel de Duitsers hun planten in de regel vrij hoog laten groeien en niettegenstaande de in Geisenheim, in het Staatsdomein en door andere deskundige wijnboeren gehanteerde wetenschappelijke methodes, beweren sommige kenners dat men door de kwantiteit te vergroten een teruggang in kwaliteit van de wijnen in de Rheingau in de hand werkt.

De naakte waarheid ligt misschien in het volgende: de kwantiteit vergroten is wellicht een economische noodzaak, zonder welke de wijnen van dit gebied zouden verdwijnen. De laatste 10 jaar zo ongeveer heeft men de rijen wijnplanten volgens de methode Lenz en Moser, die in Oostenrijk wordt toegepast, verder uitelkaar geplant om het gebruik van landbouwmachines mogelijk te maken en zodoende de arbeidskosten te drukken, maar om op een zelfde oppervlakte toch dezelfde hoeveelheid te oogsten moet men de wijnplanten wel hoog laten opgroeien.

Het geheel van de Rheingau is opgenomen in een Bereich (sub-regio), Johannisberg genaamd. Het gebied is onderverdeeld in Grosslagen (groepen wijngoederen), namelijk Burgweg, Steil, Erntebringer, Gottesthal, Mehrhölzchen, Honigberg, Deutelsberg, Heiligenstock, Steinmächer en Daubhaus. Deze Grosslagen zijn op hun beurt weer verdeeld in 120 Einzellagen of wijngoederen (de termen Bereich, Grosslage en Einzellage, alsmede de betekenis daarvan op wijnetiketten worden uitgelegd onder de rubriek DUITSLAND: Wijnbouwwetten. Een lijst van de Einzellagen, naar Grosslagen en Bereiche wordt voor elk van de 11 officiële Duitse wijnbouwgebieden gegeven in AANHANGSEL B).

Grosslage Burgweg omvat de wijngoederen die zijn gelegen in de omgeving van de gemeenten (Weinbauorte) Lorchhausen, Lorch en Rüdesheim, alsmede een deel van de wijngoederen van Assmannshausen-Aulhausen en Geisenheim. Grosslage Steil omvat Assmannshausen en de overige wijngoederen Assmannshausen-Aulhausen.

Grosslage Emtebringer omvat de aanplant in de omgeving van de gemeente Johannisberg, van Schloss Johannisberg, de resterende wijngoederen van Geisenheim, alsmede een gedeelte van de wijngoederen van Mittelheim en Winkel. Grosslage Daubhaus beslaat de wijngoederen rond de stad Hochheim en een aantal wijngaarden op het omringende platteland.

Grosslage Gottesthal omvat het merendeel van de wijngoederen van Oestrich en het grote wijngoed of Ortsteil Schloss Reichartshauen.

Grosslage Mehrhölzchen omvat een ander deel van Mittelheim en Oestrich, evenals de beroemde wijngaarden van Hallgarten.

Grosslage Honigberg neemt de rest van de wijnvelden van Mittelheim, Winkel en verder Schloss Vollrads in beslag. Grosslage Deutelsberg omvat de wijngaarden van Erbach en Hattenheim en het grote wijngoed Steinberg.

Grosslage Heiligenstock groepeert de wijngoederen in de omgeving van Kiedrich en een deel van de Einzellage Sandgmb in Eltville.

Grosslage Steinmächer beslaat de rest van de wijngoederen van Eltville, alsmede die van Dotzheim, Frauenstein, Martinsthal, Niederwalluf, Oberwalluf, Rauenthal en Schierstein.

Voornaamste wijngaarden van de Rheingau

Er zijn nauwelijks meer dan 2 dozijn Gemarkungen (steden of dorpen) in de Rheingau en nog geen dozijn daarvan behoort tot de betere klasse. Tal van experts zijn van mening dat de beste plaatsen in kwalitatief opzicht en in goede jaren, van oost naar west, de volgende zijn: in de eerste plaats de beste wijngaarden van Rauenthal; in de tweede plaats de beste wijngaarden van de driehoek Erbach-Hattenheim-Hallgarten; in de derde plaats de beste wijngaarden van Johannisberg met Schloss Volrads en Winkler Hasensprung in Winkel; in de vierde plaats de beste wijngaarden van Rüdesheim. In een middelmatig jaar neemt de laatstgenoemde de eerste plaats in ten opzichte van de andere wijngaarden. In jaren van droogte zullen de wijngoederen die in de buurt van de vochtige lucht van de bossen liggen de beste wijnen geven.

Assmannshausen

Er wordt vaak gezegd dat Assmannshausen de beste rode wijn van Duitsland produceert, hoewel sommigen de voorkeur geven aan de Ingelheimer wijnen, verder stroomopwaarts en op de andere oever van de Rijn. Geen enkele Duitse rode wijn is opmerkelijk goed, vooral niet vergeleken met de witte uit dit land of met de Franse rode wijnen. De stroom van de Rijn is bij Assmannshausen uitermate snel, en wanneer u op een steil hellend wijnveld staat ziet u hoe de boten die over de rivier varen in een rij gaan liggen om door de bocht van Rüdesheim te worden gesleept. Als de wind door de bergengten blaast, wapperen alle vlaggen naar de voorsteven toe, alsof de schepen achteruitvaren. Het rode wijnras dat het op de sedimentaire, blauwachtig rood gekleurde grond goed doet is de Spatburgunder, die zo wordt genoemd omdat zijn druif laat rijp is en omdat hij in de 12de eeuw door de Cisterciënzers uit Bourgondië werd meegebracht. De wijn die hij geeft is zoet, zacht met een lichte nasmaak van amandelen die aan Bourgogne herinnert, maar zonder de krachtige smaak daarvan te bezitten.

Dezelfde soort, die in Frankrijk de Pinot noir heet, geeft de tegenwoordige Bourgognes. Sinds een eeuw loopt de Spatburgunder in Duitsland kwalitatief achteruit en de wijngoederen van Assmannshausen hebben sinds de Eerste Wereldoorlog een flink gedeelte van hun oppervlakte moeten prijsgeven. Maar sedert deze zelfde periode heeft het Staatsdomein, dat 80% van de wijnvelden bezit, zijn wijngoederen uitgebreid en de wijn begint weer beter te worden. In jaren waarin de wijn niet aan de normen voldoet, verkoopt het Staatsdomein deze om er Sekt (mousserende wijn) van te laten maken. Een exceptionele wijn uit Assmannshausen voert de bijna niet uit te spreken naam Rotweiss Edelbeerenauslese (rood-wit geselecteerde edele druiven); de robe van deze wijn zweeft tussen wit en rosé. De wijn van Assmannshausen vertoont een samenstel van unieke kenmerken: hij is tegelijk zoet, rood en heeft bijna ras, maar een echt grote wijn kan hij niet worden. Oppervlakte: 150 ha, waarvan 110 voor rode wijn.

Rassen: Spatburgunder, Sylvaner en Riesling.

Voornaamste wijngaarden: Höllenberg, gelegen in de naburige stad Assmannshausen-Aulhausen (zeer oude archieven vermelden dat hier al wijn werd verbouwd in 1108).

Overige wijngaarden: Frankenthal en Hinterkirch.

Eltville

De wijnen van Eltville hebben de neiging beter uit te vallen in jaren waarin de belangrijker sectoren mislukken. Zo behoorden ze in 1959 tot de beste van de Rheingau, omdat de grootste wijngaarden vanwege te veel zon hun frisheid hadden verloren. Deze plaats op de Rijnoever draagt een naam van Latijnse origine: alte villa. Tot het eind van de 15de eeuw was het de zomerresidentie van de keurvorst van Mainz en men ziet er nog de ruïnes van zijn paleis. Het voornaamste en meest schilderachtige wijngoed is dat van baron Langwerth von Simmem, dat bijna tot de Rijnoever doorloopt. Oppervlakte: 220 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling, Sylvaner en MüllerThurgau.

Voornaamste wijngaarden: Sonnenberg (pittig en elegant), Langenstück (doorgaans voller dan Sonnenberg, verbouwd op een zware sedimentaire bodem) en ten slotte Tautenberg.

Overige wijngaarden: Rheinberg, Sandgrub (op de grens tussen Eltville en Kiedrich; het beste deel behoort tot Kiedrich) en Langenstück.

Erbach

In doorsnee wijnen met body met mannelijke kenmerken. De beste is de beroemde Markobrunn.

Markobrunn

Deze plaats, waarvan de naam nu eens als Markobrunn en dan weer als Marcobrunn wordt geschreven, geeft een wijn die tot de beste en bekendste van de Rheingau behoort. Hij reikt niet tot de schitterende élégance van de beste Rauenthalers, maar hij heeft meer body en kenmerkt zich door een kruidige pittigheid. Tijdens zijn reis naar de Rheingau in 1788 verkoos Thomas Jefferson deze wijn boven alle andere uit dit gebied. De wijn dankt zijn naam aan een bron (Brunn betekent bron of put) die men nog kan zien aan de voet van een vervallen muur met daarop de naam Markobrunnen: bron van Sint-Marcus. Het feit dat deze bron en het beroemde wijngoed op de scheidslijn tussen Erbach en Hattenheim liggen heeft een legende doen ontstaan zoals er langs de Rijn zoveel worden verteld. Generaties lang hebben de 2 dorpen elkaar deze plaats betwist.

Eindelijk konden de bewoners van Erbach aan de hand van oude archieven bewijzen dat de bron zich op hun grondgebied bevond en ze gaven luidruchtig uiting aan hun blijdschap. Maar een dag of 4, 5 later zeiden ze niets meer. In de nacht had een olijkerd uit Hattenheim met grote letters op de muur geschreven:

So ist es recht und So soll es sein,

Nach Erbach das Wasser,

Noch Hattenheim den Wein.

(Zo is het in orde

Zo hoort het te zijn

Het water naar Erbach

Naar Hattenheim de wijn.)

Het is niet onmogelijk dat de beste Markobrunn die van graaf Schönberg (Graf von Schönborn-Wiesenthied’sches Rentamt) en van baron Langwerth von Simmem is. Zij bezitten beiden het mooiste gedeelte van het wijnland, zowel kwantitatief als kwalitatief. Schloss Reinhartshausen, het Staatsdomein, baron von Oetinger en baron zu Knyphausen bezitten eveneens uitstekende percelen. Oppervlakte-, 260 ha witte wijndruiven. Ras: Riesling.

Voornaamste wijngaarden: Markobrunn, Hohenrain (grotendeels behorend tot Schloss Reinhartshausen, een zware en volle wijn), Siegelsberg, juist boven Markobrunn gelegen, een wijn met bijzonder veel body, behoort voor het grootste deel tot het Staatsdomein en tot Schloss Reinhartshausen, en ten slotte Steinmorgen (een goede wijngaard, hoewel over een groot aantal eigenaren verdeeld).

Overige wijngaarden: Honigberg (vlak boven Kloster Eberbach gelegen, op het hoogste terrein van Eberbach; wijnen van middelmatige kwaliteit), Schlossberg en Rheinhell.

Geisenheim

Deze tussen Rüdesheim en Johannisberg gelegen sector is niet zo bekend als zijn wijnen verdienen. Behalve het wijngoed van graaf Schönbom vindt men ook nog andere, zoals die van baron von Zwierlein Erben, het Erbslöh’sches wijngoed, van de Staatliche Lehr- und Forschungsanstalt* en nog een aantal minder belangrijke eigenaren zoals Philipp Graf en A. Vollmer. Het zijn deze eigenaren die dank zij een gemeenschappelijke inspanning deze plaats in de hele Rheingau beroemd hebben gemaakt. Het kasteel van graaf Schönbom, een van de belangrijkste, ligt in het dorp en is alleen al van groot historisch belang. Dit was de plaats waar in 1648 een voorvader van de huidige eigenaar het verdrag opstelde dat een eind maakte aan de Tachtigjarige Oorlog.

In een nauw straatje ziet men de inrijpoort die toegang geeft tot de ruime campus van de wijnbouwschool van Geisenheim, een van de meest vermaarde van Duitsland en tegelijkertijd een wijnbereidingsinstituut. In de lelijke, in rode baksteen opgetrokken gebouwen die verspreid liggen over een terrein met parkallures, in de kassen, op de wijnvelden en de experimentele kwekerijen, in de laboratoria en klaslokalen heeft men technieken ontwikkeld die van invloed zijn op de Duitse wijnbouw en wijnbereiding. De wijnboeren uit de Rheingau leggen hun monsters voor ter keuring en analyse, en vragen om advies betreffende de manier om hun wijn te verbeteren. De leerlingen worden pas na 4 jaar leertijd in kelders en wijngaarden tot deze school toegelaten. Onlangs heeft Geisenheim geprobeerd een verbod te bewerkstelligen op de frauduleuze chaptalisatie van de wijn: een constante verleiding voor de noordelijk gelegen wijngoederen. Men maakt tot dit doel de suiker radioactief en volgt hem daarna in de wijn met een Geigerteller. Dank zij dit procédé kan men de reactie van de toegevoegde suiker bestuderen en deze vergelijken met die van de natuurlijke suiker; men weet welke het eerst vergist, welke meer tijd nodig heeft enzovoorts.

Oppervlakte: 400 ha waarvan minder dan de helft is beplant.

* Staatsinstelling voor wijnbouwkundig onderwijs en onderzoek.

Rassen

Riesling en Müller-Thurgau

Voornaamste wijngaarden: Klauserweg, Kilzberg en Klaus.

Overige wijngaarden: Schlossgalten, Fuchsberg, Mönchspfad en Mäuerchen.

Hallgarten

Enkele waardevolle en een groot aantal kleine wijnen. De wijngaarden zijn aangelegd op hooggelegen grond, vlak tegenover het grote wijngoed Steinberg. In het begin van deze eeuw, ten tijde van de Boerenoorlog, werden er 3 coöperaties opgericht. De leden van de meest florissante plakte men de spotnaam ‘Engelsen’ op, de meest berooiden noemden zichzelf de ‘Boeren’ en de nakomertjes kregen de bijnaam ‘Duitsers’. Ten slotte ontstond er nog een vierde coöperatie ten tijde van de Boxeropstand. Tegenwoordig zijn er nog 2 coöperaties: die Engländer (de Engelsen) en de Winzergenossenschaft (coöperatie van de wijnbouwers) die in 1970 samenging met ‘de Duitsers’ en ‘de Boeren’.

De namen van deze 2 laatste coöperaties kunnen heel goed op de etiketten van wijnen voorkomen, aangezien ze deze niet alleen produceren, maar ook bottelen. De belangrijkste eigenaren van wijngoederen en tevens de beste wijnbouwers zijn prins Löwenstein en Karl Franz Engelmann. Het beroemde wijngoed Deutelsberg is overgenomen door een andere Einzellage en de naam Deutelsberg is nu gegeven aan een Grosslage waaronder ook de naburige plaats Hattenheim valt.

Oppervlakte: 200 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en ook Müller-Thurgau.

Voornaamste wijngaarden: Schönhell (in grote jaren behoort hij tot de beste van de Rheingau) en Hendelberg (volle wijn, in goede jaren heel zoet).

Overige wijngaarden: Jungfer en Rosengarten.

Hattenheim

Dit is de sector van de grote wijnen Stemberger, Hattenheimer Nussbrunnen, Hattenheimer Wissenbrunnen en Hattenheimer Mannberg - waarvan de wijngaarden voor het grootste deel toebehoren aan baron Langwerth von Simmern en voor een deel ook aan het Staatsdomein. Deze wijnen vertonen overeenkomst met de Markobrunn. Het kleine, typisch gotische plaatsje Hattenheim ligt op enige afstand van de Rijn en de wijngaarden liggen ten noorden van het plaatsje. In een ouderwetse Weinstube, op het terras van een hotel en op een mooie zonnige dag smaken de wijnen van Hattenheim beter dan waar ook elders. De grootste zijn typische vertegenwoordigers van de Rheingau. Oppervlakte: 190 ha witte wijndruiven, het wijngoed Sternberg niet meegerekend.

Rassen: Riesling en Müller-Thurgau.

Kloster Eberbach en Steinberg

Stemberg, gelegen enkele kilometers buiten Hattenheim, heeft wel bindingen met deze plaats maar draagt daarvan niet de naam. De Stemberger is in goede jaren een van de beste Rheingauwijnen. De variaties in kwaliteit zijn uitermate groot van het ene jaar op het andere en de prijzen, die altijd hoog liggen, variëren verhoudingsgewijze mee. Deze wijn is tegenwoordig zo gewild dat hij niet meer per Halbstück (ofwel het equivalent van 68 flessen) maar per fles wordt geveild. Zo werd de Stemberger Riesling Kabinett verkocht voor 3,70 DM (ofwel ƒ 4,- exclusief belastingen), terwijl de grote Kabinett 1971 bijna 7 DM (ofwel ƒ 7,70 per fles) opbracht. De Trockenbeerenauslese van hetzelfde jaar werd in het Plaatselijk Wijnhuis van Rheingau verkocht tegen prijzen die schommelden tussen 94 DM en 250 DM per fles (ofwel ongeveer ƒ 104,- tot ƒ275,-).

Het wijngoed strekt zich uit in een langgerekte, smalle strook over een steile hoogte, 500 a 600 meter ten westen van Kloster Eberbach waar alle Stembergers worden bereid en opgeslagen, want wijnen met de Appellation Kloster Eberbach bestaan niet. Langs de muur die het wijngoed aan de bovenzijde begrenst staan de rijen wijnplanten die een wijn van superieure kwaliteit geven, de zogenaamde Mauerwein. Het eigenlijke klooster van Kloster Eberbach werd bijna 1000 jaar geleden gesticht door Augustijnen die de regel van Citeaux hadden aangenomen; zij waren de eersten die deze regel in Duitsland volgden. En dat was ook het tijdstip waarop het werk aan wijngaard en wijn daadwerkelijk is begonnen.

In 1135 beplantten de Cisterciënzers het terrein dat in onze tijd het wijngoed Steinberg is geworden. Het zal wel geen verbazing wekken dat deze monniken de bossen rooiden om in plaats daarvan bloeiende wijngaarden te planten, wanneer men hun devies in herinnering brengt: ‘Met kruis en ploegschaar’. Ze wilden de oppervlakte aan bebouwbaar land vergroten, en aangezien ze in Bourgondië de wijnbouw hadden leren beoefenen, hadden ze daarvoor een speciale belangstelling. In de 13de eeuw voer hun wijnvloot op de Rijn tot Keulen toe. In zijn grootste bloeitijd bezat Kloster Eberbach meer dan 10 000 ha wijnland in de Rheingau en in wat later Rheinhessen is geworden.

De grote kerk die werd gebouwd tussen 1150 en 1200 is nu niet meer dan een enorm groot, leeg skelet. Rijen uit de middeleeuwen stammende schroefpersen worden met een steeds dikkere stoflaag bedekt, omdat de Rheingau met zijn tijd meegaat en de voorkeur geeft aan hypermodern materiaal. Dat van Kloster Eberbach behoort tot het beste van Duitsland, maar de 14 reusachtige wijnpersen die stammen uit de 14de, 16de, 17de en 18de eeuw en in de zaal van de lekebroeders stonden, zijn tot 1925 in gebruik gebleven.

Dit klooster is achtereenvolgens een tehuis voor geestelijk gestoorden en militair hospitaal geweest (tijdens de Eerste Wereldoorlog); het is thans Staatsbezit en hier wordt niet alleen de Stemberger gemaakt, maar ook alle Erbachers, Markobrunnen en de Hattenheimers voor zover die tot het Staatsdomein behoren. Het wijngoed Steinberg op zich is in zijn geheel bezit van de Staat; het werd in 1803 door Napoleon geseculariseerd. In 1806 ging het over in handen van de hertog van Nassau, in 1866 maakte de Pruisische Staat zich ervan meester en sinds 1945 maakt het deel uit van Rheinhessen. Men ziet hier nog de privé-kelder van de hertog van Nassau. Het is zelfs dit privë-Kabinett dat de oorsprong vormt van de formule Kabinettwein. Oppervlakte: het wijngoed beslaat in totaal iets meer dan 28 ha. Het produceert tussen 20 000 en 22 000 kistjes per jaar, waarvan een kwart onderhands wordt verkocht en driekwart in Kloster Eberbach wordt geveild.

Ras: Riesling.

Wijngaarden: Steinberg, Mannberg (eigendom van Langwerth von Simmern), Nussbrunnen (grote typische Rheingauwijn), Wisselbrunnen (eveneens een grote wijn), Engelmannsberg (voor 95% Staatsbezit; grote, krachtige en mannelijke wijn), Hassel (zoeter in vergelijking met de buurwijnen), Pfaffenberg (uitstekend en bij uitstek droog), Schützenhaus (een van de beste Hattenheimers: spritzig [pittig] en middelmatig van body), Heiligenberg (een goede wijn van middenklasse).

Hochheim

Fruitige, zachte, harmonische wijnen waarvan de smaak wisselt al naar gelang de bodem die vrijwel van perceel tot perceel varieert. De wijnen uit bepaalde wijngaarden hebben een duidelijk herkenbare rooksmaak die herinnert aan sommige Moezelwijnen. Hochheim ligt in het oosten, aan de Main en niet aan de Rijn, maar de wijnen vertonen dezelfde kenmerken als die van de Rheingau, Rheinhessen en Frankenland en ze worden ook zonder mankeren tot de Rheingauwijnen gerekend. De naam Hoek, in het Engels de benaming van de wijnen uit de Rheingau en vaak eveneens betrekking hebbend op de Rijnwijnen, is afgeleid van Hochheim. De wijnen uit Hochheim zijn veelal goed, zelfs in slechte jaren, omdat de druiven hier 1 of 2 weken eerder rijp zijn dan die van de andere wijngoederen in de Rheingau. De Staat, Aschrott, Schönborn en Werner zijn de grootste eigenaren en bezitten tevens de beste percelen.

Oppervlakte: 190 ha witte wijndruiven. Ras: Riesling.

Wijngaarden: Domdechaney (de beste cru: fruitig, krachtig en vol), Kirchenstück (lichter dan de voorgaande, elegant), Stein, Holle, Viktoriaberg (een lichte en elegante wijn, afkomstig van een uit zand bestaande bodem. Hij dankt zijn naam aan koningin Victoria die hem de beste vond).

Overige wijngaarden: Berg en Reichesthal (waarvan een gedeelte in de buurgemeente Kostheim ligt), Hermberg (een deel ligt in Flörchheim), Hofmeister, Sommerheil en Stiefweg.

Johannisberg (Schloss Johannisberg)

De naam van de plaats wordt overschaduwd door die van zijn grote cru: Schloss Johannisberg. Van deze gemeente wordt 190 ha in beslag genomen door dit grote wijngoed; zo’n 30 daarvan behoort tot het eigenlijke Schloss Johannisberg. Sommige wijnmakelaars en wijnbouwers uit de Rheingau waren van mening dat deze wijn onveranderlijk een van de beste uit hun streek was; de prijzen waren de hoogste in de Rheingau en soms dubbel zo hoog als die van gelijkwaardige wijnen.

Het enorm grote, vrijwel kubusvormige Schloss (kasteel) op de top van de heuvel, dat uitziet over ontelbare symmetrische rijen wijnplanten, is ongetwijfeld een van de meest indrukwekkende monumenten op de rechteroever van de Rijn. Oorspronkelijk heette deze hoogte Mons Episcopi. Aan het eind van de 11de eeuw werd hij door de aartsbisschop van Mainz aan de Benedictijnen geschonken. Deze bouwden er een klooster op ter herinnering aan Johannes de Doper en sindsdien heet deze berg Johannisberg. Na het secularisatiedecreet van Napoleon uit 1803 behoorde het wijngoed achtereenvolgens toe aan de prins van Oranje, Napoleon en de keizer van Oostenrijk, die het in 1816 aan Metternich ten geschenke gaf als beloning voor de tijdens het Congres van Wenen bewezen diensten, en ook nu nog maakt het deel uit van het erfgoed van de familie Metternich. Het kasteel werd tijdens de Tweede Wereldoorlog door bommen gedeeltelijk verwoest en is daarna gerestaureerd.

In 1980 werd een minderheidsbelang in de maatschappij verkocht aan de handel in mousserende wijnen Söhnlein, die behoort tot de groep Oetker welke ook al de wijngoederen Von Mumm in Johannisberg in eigendom heeft.

De Qualitätswein Schloss Johannisberg, gebotteld in het wijngoed (Erzeugerabfüllung), wordt onder een met een geel zegel gemerkt etiket verkocht. De Qualitätsweine mit Prädikat (kwaliteitswijnen met bijzondere eigenschappen) worden als volgt geklasseerd: Rotlach voor de kabinetwijnen van gemiddelde kwaliteit, Orangelach voor de beste kabinetwijnen, Grünlach voor de gemiddelde Spätlesen, Weisslach voor de grote Spätlesen, Rosalach voor de Auslesen, Blaulach voor de beste kwaliteiten Auslese en Goldlach voor de Beeren- en Trockenbeerenauslesen. Slechte jaren leveren geen wijn van superieure kwaliteit; de Auslesen met hemelsblauw zegel en de Beerenauslesen met gouden zegel zal men dan ook niet aantreffen. Soms wordt er van de lichtere en minder goede Rieslingwijn een mousserende wijn gemaakt, die wordt verkocht onder de naam Fürst von Metternich PrädikatsSekt.

Voornaamste wijngaarden: Schloss Johannisberg (zie hierboven), Goldatzel, Hölle en Vogelsang.

Overige wijngaarden: Hansenberg, Mittelhölle en Schwarzenstein.

Kiedrich

De wijngaarden zijn geplant op de hogere gedeelten van de uitlopers van de Taunus, achter Erbach. Sommige van hun wijnen hebben ontegenzeglijk karakter en voornaamheid. De grootste aandeelhouder van Kiedrich is dr. R. Weil. De naam Heiligenstock (vroeger de appellation van een vrij goede wijngaard uit Kiedrich) wordt nu gebruikt voor de Grosslage die de hierboven genoemde lokale wijngoederen en een gedeelte van het wijngoed Sandgrub in Eltville omvat.

De naam Heiligenstock komt dan ook voor op iedere fles die voor ten minste 85% wijn van ongeacht welk van deze wijngoederen bevat. De rest, hoogstens 15%, moet uit het Bereidt Johannisberg komen.

Oppervlakte: 170 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en Müller-Thurgau. Voornaamste wijngaarden: Grafenberg (onbetwistbaar een van de beste Rheingauwijnen in goede jaren), Sandgrub of Sandgrube (die de grens met Eltville overschrijdt, maar het beste deel ligt in Kiedrich) en Wasserrose of Wasserros.

Lorch

Kwantitatief gezien de grootste producent van de Rheingau; kwalitatief bereiken ze alleen in de beste jaren de goede middenmaat. Niettemin zijn er mensen die zijn karakteristieke goût de terroir wel kunnen waarderen. Graaf Kanitz is de eigenaar van het grootste wijngoed en tevens de producent van de beste wijnen.

Oppervlakte: 187 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en Müller-Thurgau. Wijngaarden-, Bodenthal-Steinberg (de beste en grootste), Kapellenberg, Krone, Pfaffenwies en Schlossberg.

Martinsthal

Veertig jaar geleden heette deze plaats Neudorf. Zijn wijnen worden zelden of nooit geëxporteerd.

Oppervlakte-, 78 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en Müller-Thurgau. Wijngaarden: Langenberg, Rödchen en Wildsau.

Mittelheim

Deze sector, die aan de oostzijde grenst aan Johannisberg, produceert wijnen van middelmatige kwaliteit. De wijngoederen zijn verdeeld over de Grosslagen Emtebringer, Mehrhölzchen en Honigberg.

Oppervlakte: 167 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en Müller-Thurgau. Wijngaarden: Edelmann (de beste), Goldberg en St.-Nikolaus.

Oestrich

In vergelijking tot hun grote buren zijn de wijnen van deze plaats, evenals die van Mittelheim, teleurstellend, maar Oestrich kan meer wijn produceren dan iedere andere gemeente in de Rheingau. Oppervlakte: 400 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling, Sylvaner en MüllerThurgau.

Voornaamste wijngaarden: Doosberg (in Duitsland vrij bekend), Lenchen, Reichhartshausen en Klosterberg.

Rauenthal

Zonder de prijzen van de Schloss Johannisberg te halen, zijn de wijnen van Rauenthal verder de duurste uit de Rheingau. Samen met de beste crus uit Hattenheim en Erbach en met de wijnen van Johannisberg en Stemberg behoren ze in goede jaren tot de beste van dit gebied. Overal in de Rheingau zijn het in de regel de grote wijngoederen die het beste wijnland bezitten, het meest zorgvuldig de beste wijnbouwmethodes toepassen en de beste wijnen maken. Maar in de sector Rauenthal produceren zelfs de kleine wijnboeren uitstekende wijnen. De Staat is de grootste grondbezitter (28 ha), gevolgd door baron Langwerth von Simmem met 3 ha. Gemiddeld is het rendement van de wijngaarden van Rauenthal een derde lager dan dat van de andere sectoren, maar ze winnen in kwaliteit wat ze aan kwantiteit tekortkomen.

Rauenthalerberg is altijd het interessantste gebied geweest: een hoogte die al 700 jaar in cultuur is. Hoewel Rothenberg en Gehm eveneens op deze hoogte liggen, mogen de wijnen niet meer onder de naam Rauenthalerberg worden verkocht.

Oppervlakte: 100 ha witte wijndruiven. Ras: Riesling.

Beste wijngaarden: Baiken, Gehrn, Rothenberg en Langenstück.

Overige wijngaarden: Wülfen en Nonnenberg.

Rüdesheim

De wijngaarden van Rüdesheim staan op een steile hoogte op de oever van de Rijn, een bijzondere ligging die hun wijnen een uitzonderlijk constante kwaliteit geeft. In slechte jaren kan men in beginsel op deze wijnen rekenen, in goede jaren blijven ze iets onder het gemiddelde peil van de Rheingau. Deze hoogte profiteert van een maximum aan zon en door de rivier gereflecteerde warmte; zelfs in koele zomers rijpen de druiven hier dus beter dan elders. Van de andere kant blakert de zon de wijnplant en de bodem; in een hete zomer hebben de wijnen dus weinig parfum en zijn ze niet afgerond. Hoewel Rüdesbeim in Duitsland zelf een bekende wijnbouwstad van Rijnwijnen is, is het in het buitenland minder beroemd en moet het daar zijn faam delen met Nierstein en Rheinhessen. De toeristen die een rondvaart maken op de Rijn leggen in groten getale hier aan.

Het aantal handelaren dat in deze stad zijn bedrijf heeft gevestigd wekt het vermoeden dat niet alle wijnen met het etiket ‘Rüdesheim’ of‘Rüdesheimer’ uit deze plaats afkomstig zijn. Geen enkele wijnstreek van Duitsland werd zozeer getroffen door de Tweede Wereldoorlog; op de 18 ha van het Staatsdomein heeft men 200 bomkraters geteld. Een van de bijzondere aspecten van de wijnbouw in Rüdesheim is het feit dat men er nog een kleine wijngaard met Orléans-druiven aantreft, een ras dat tijdens de regeringsperiode van Karei de Grote in de Rheingau werd geïmporteerd. Zelfs op de goed gelegen hoogten van Rüdesheim worden de druiven niet voldoende rijp om goede wijnen op te leveren, tenzij in uitzonderlijk warme zomers.

De mooiste collectie ter wereld van glazen, bekers, bokalen en ander drinkgerei bevindt zich ongetwijfeld in het vervallen kasteel Brömserburg (of Niederburg), het oudste van de hele Rijnvallei, dat stamt uit de 9de, 10de en 12de eeuw. Men ziet er het wijnbereidingsmateriaal dat in de Rheingau werd gebruikt in de tijd dat Christus leefde, kopjes van aardewerk uit het stenen tijdperk en tevens de ontwikkeling van dit vaatwerk door de eeuwen heen tot de typisch Duitse langstelige glazen toe. Ook de ontwikkeling van de Duitse fles wordt hier tentoongesteld en men constateert dat hij omstreeks het jaar 1790 tot zijn huidige vorm is gekomen.

Oppervlakte: 320 ha witte wijndruiven. Ras: Riesling.

Wijngaarden: die uit Rüdesheim zijn de beste. Berg Rottland, Berg Roseneck, Bischofsberg, Schlossberg en Klosterberg.

Overige wijngaarden: Drachenstein, Kirchenpfad, Klosterlay en Magdalenenkreuz.

Winkel

Winkel, een klein plaatsje aan de oever van de Rijn, bezit verscheidene uitstekende gewassen en voorts het Grijze Huis (Oraties Haus) dat als het oudste van Duitsland wordt beschouwd. De wijnen kunnen echter niet wedijveren met die van het beroemde wijngoed binnen zijn grondgebied, op 5 minuten afstand van de stad: Schloss Vollrads. Schloss Vollrads. Het eigenlijke kasteel is niet meer dan een toren met 5 verdiepingen die als een vuurtoren de groene oceaan van wijnplanten beheerst welke zich pal aan de voet van zijn wijnschuur uitstrekt. Het is bijna even ontoegankelijk als in de tijd waarin de ophaalbrug nog in gebruik was, dat wil dus zeggen in 1920. Tegenwoordig kan men de grachten oversteken via een van hard materiaal gebouwde brug waaronder zwanen voortglijden die nestelen aan de voet van de toren.

Met een beetje geluk kunt u nog iets verder gaan. Graaf Matuschka-Greiffenclau heeft het particuliere museum van zijn familie geïnstalleerd in de bibliotheek van dit kasteel, en het is niet altijd toegestaan hier binnen te gaan. Maar in de wijnschuur is heel wat te zien, evenals in het huis dat werd gebouwd in de 17de eeuw en in 1908 werd gerestaureerd. Het wijngoed Vollrads is een van de weinige aaneengesloten landerijen aan de Rijn, waar de wijngoederen doorgaans tot het uiterste versnipperd plegen te zijn. De familie Greiffenclau bewoont Vollrads reeds sinds de 16de eeuw; in de kastelen aan de Rijn is dit de oudste familie.

De wijnen van Schloss Vollrads, gemaakt van laat geoogste druiven, zijn altijd van uitgelezen kwaliteit, krachtig en met een rijk parfum. Ze worden uitsluitend bereid uit Riesling. Dit wijngoed is een van de 3 grootste niet aan de Staat toebehorende wijngoederen van de Rheingau. Het beste deel, ongeveer */« van het totaal, is Schlossberg-Marienberg.

Evenals Schloss Johannisberg onderscheidt Schloss Vollrads zijn wijnen niet alleen door hun naam, maar tevens door een ‘kleurencode’. De kleur van de metalen capsules over de kurk en de hals van de fles wisselt al naar gelang de kwaliteit van de wijn. De standaard Qualitdtswein heeft een groene capsule; de wijn van iets betere kwaliteit heeft dezelfde groene capsule, maar met 2 gouden strepen. In uitzonderlijke jaren zullen de nog betere wijnen een rode capsule hebben. De Qualitätsweine mit Prädikat hebben een blauwe capsule, die van de kabinetwijnen van betere kwaliteit zijn eveneens blauw met 2 gouden strepen en die van de droge wijnen zijn blauw met zilveren strepen. De Spätlesen krijgen een roze capsule en de betere Spätlesen idem met 2 gouden strepen.

De Auslesen hebben een witte capsule en de betere Auslesen idem met 2 gouden strepen. De Beerenauslesen dragen een gouden capsule, de Trockenbeerenauslesen hebben dezelfde gouden capsule met aan de hals een lint met een afbeelding van de toren van het kasteel.

De wijnen van mindere kwaliteit worden verwerkt tot mousserende wijnen (Sekt) en als Schloss Vollradser verkocht. Oppervlakte: 278 ha witte wijndruiven. Rassen: Riesling en Sylvaner. Voornaamste wijngaarden: Schloss Vollrads (zie hierboven), Hasensprung en Jesuitengarten.

Overige wijngaarden: Bienengarten, Dachsberg, Gutenberg, Schlossberg en een gedeelte van Klaus.

BOND VAN WIJNBOUWERS UIT DE RHEINGAU

Handelaren Zetel Ha

Verwaltung der Staatsweingüter Eltville 114

Güterverwaltung Weingut Oek. Rat Jak. Fischer Erben Eltville 7,7

Freiherr Langwerth v. Simmera’sches Rentamt

Rentmeister Egon Eltville 35

Mauer Eltville 3,7

Weingut C. Beiz Erben Eltville 8

Weingut RichterBoltendahl Eltville 12,7

Weingut Freiherr zu Knyphausen Erbach 12,7

Weingut dr. Weil Kiedrich 20

Robert v. Oetinger’sches Erbach 3,5

Weingut Eberhard v. Oetinger Erbach 3,5

Gräfl. von Schönborn’sches Rentamt Hattenheim 60

Gemeinde-Weingut ‘Georg Müller-Stiftung’ Hattenheim 417

Fürstl. Löwenstein-Wertheim Rosen-berg’sche Gutsverwaltung Hallgarten 11,2

Gutsverwaltung Weingut K.F. Engelmann Hallgarten 10

Weingut Adam Nass Hallgarten 4

Gutsverwaltung Geh. Ostrich 54

Rat Wegeier Erben Weingutsverwaltung Ostrich 2,5

dr. MülhensBerna Erben Reitz’sches Weingut Ostrich 3

Graf Matuschka- Greiftenclau’sche-Gutsverwaltung Winkel 47

Weingut Jakob Hamm Winkel 4,5

A. v. Brentano’sche Gutsverwaltung Winkel 8,7

Geromont’sche GutsVerwaltung Winkel 4

Fürst v. Metternich Johannisberg 40

Landgräfl. Hess. Weingut Johannisberg 31,5

Weingut Freiherr v. Zwierlein Geisenheim 10

Erbslöhsches Weingut Geisenheim 10

Freiherr v. Ritter zu Groenesteyn Kiedrich 30

Gräfl. v. Kanitz’sche Weingut Lorch 15

Domdechant Werner’sches Weingut Hochheim 13

Geh. Rat Aschrott-’sche Gutsverwaltung Hochheim 15,5

Weingut dr. H. Nägler Rüdesheim 7,5

August Eser Mittelheim

8,6
H. Hupfeid Erben Mittelheim 4

Administration Schloss Reinhartshausen Erbach 61,7

Totaal 719,25