Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

verkoudheid

betekenis & definitie

Een ontsteking van het neusslijmvlies met neusverstopping en afscheiding van slijm en hoesten door een infectie met virussen.

Ongeveer de helft van de bevolking is minstens eenmaal per jaar verkouden, meestal in het najaar en de winter. Kinderen zijn vaker verkouden dan volwassenen, vooral doordat virussen zich in crèches en op school snel kunnen verspreiden.

Er zijn vele soorten virussen die verkoudheid kunnen geven. Ze zijn bijna allemaal heel besmettelijk. Wanneer je een aantal keren achter elkaar verkouden raakt, gaat het elke keer om een ander virus. Deze virussen worden gemakkelijk verspreid door direct contact met iemand die besmet is (zoenen, spelen enz.) of met een besmet voorwerp (kopje, handdoek, deurklink) of doordat bij hoesten en niezen druppeltjes in de lucht terechtkomen. Dat gebeurt vooral als mensen dicht op elkaar zitten, bijvoorbeeld in de bus, tram of trein, op school of in het kinderdagverblijf. Je hoeft niet op de tocht te zitten om verkouden te worden.

Ook coryza (uitspraak: koo-RIE-tzaa), rinitis (uitspraak: rie-NIE-tis), valling (in België), snotvalling (in België).