Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

hoesten

betekenis & definitie

Een reactie van je keel en je luchtpijp op prikkelende stoffen of op een ontsteking.

Hoesten is een reflex: iets wat je lichaam vanzelf doet en zonder dat je het kunt onderdrukken. Het lichaam merkt bij hoesten dat je vaste deeltjes in de lucht of slijm uit je neusholte hebt ingeademd en maakt dan met veel lucht en beweging je luchtwegen (keel, luchtpijp en luchtpijpvertakkingen) schoon: alle troep snel naar boven, de mond uit! Komt er slijm mee, dan noemt de dokter dit ‘productieve hoest’. Zonder slijm heet het ‘droge hoest’.

Vaak moet je hoesten bij een virusinfectie, zoals verkoudheid of griep. Als je flink moet hoesten, moeite met ademhalen hebt én koorts hebt, zou je weleens een longontsteking kunnen hebben. Bij hoesten, piepend ademhalen en ademnood gaat het meestal om astma. Verder heb je bij mensen die veel roken de ‘rokershoest’. Zij hebben vaak een chronische bronchitis (COPD) opgelopen. Als die hoest vaker komt of erger wordt, onderzoekt de dokter of zo iemand longkanker heeft. De dokter doet ook onderzoek als iemand bloed ophoest.

Kuchen is kort hoesten, meestal minder erg, minder hard en minder ernstig.
Ook kuchen, tussis (uitspraak: TUS-sis).