Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

ader

betekenis & definitie

Bloedvat dat bloed vervoert van de weefsels in de richting van het hart.

De ader heeft een dunne wand, waar rek in zit en die dus kan uitzetten. Wanneer het lichaam in rust is, kunnen door deze rek aderen breder worden en even meer bloed bevatten als dat nodig is. Hoe dichter bij het hart, des te breder aderen worden. In de benen hebben de aderen kleppen, vooral in de onderbenen. Het bloed moet daar omhoog stromen, tegen de zwaartekracht in, en heeft daarbij hulp nodig.

De spieren in de kuit persen ongemerkt de aderen samen (‘spierpomp’), zodat het bloed naar boven wordt geduwd. De kleppen zorgen ervoor dat het bloed daarna niet naar beneden terugzakt. Het stroomt naar boven, terug naar de longen.

Ook vene. Kijk ook bij bloedsomloop, bloedvat, kleppen in de aderen, spatader, slagader.