Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Tong

betekenis & definitie

De tong bestaat uit spieren (vleesch) en is bekleed met slijmvlies. Die spierbundels loopen in verschillende richtingen, en daardoor is de tong zoo beweeglijk.

In het slijmvlies op de tong vinden we het zintuig van den smaak. De tong heeft een gewichtige taak te vervullen bij het eten: ze proeft het voedsel en brengt bij het kauwen het voedsel telkens tusschen de kiezen.

En als het voedsel gekauwd is, helpt de tong ook bij het slikken. Een tweede taak heeft de tong te vervullen bij het spreken: door een bepaalden stand in de mondholte aan te nemen, helpt ze mede bij het vormen van klinkers; en door bepaalde bewegingen te maken (vooral bij de tongletters) helpt ze mee tot het uitspreken der medeklinkers.

De tong vormt dus een deel van ons spraakorgaan; in het bekende hoofdstuk Jacobus 3 wordt een deel voor het geheel genomen en aan de tong de functie der spraak toegeschreven.Verdeelde tongen als van vuur (Hand. 2 : 3) zie art. Glossolalie.