Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Feest der Tempelwijding

betekenis & definitie

Van dit feest is sprake Joh. 10 : 22. Het heet in onze Statenvertaling: het feest der vernieuwing des tempels.

Het was ingesteld door Judas den Maccabeër, in 165 v. Chr., den 25sten van Chisleu (= ongeveer December).

De Joden hadden toen den tempel weer gereinigd, en het altaar vernieuwd en aan den dienst des Heeren toegewijd (1 Macc. 4 : 36—59; 2 Macc. 10 : 1—8). Drie jaren tevoren, 168 v.

Chr., was de tempel door Antiochus Epifanes tot een afgodstempel gemaakt, en op het oude altaar een altaar voor de afgoden gebouwd, en daarop zwijnen geofferd aan Zeus. Men brak nu dit geheele altaar af, voerde de steenen weg, richtte een nieuw op, en wijdde dit, en den geheelen tempel, weer toe aan den Heere en Zijnen dienst.

Men vierde het feest acht dagen lang met vreugde, op de wijze van het Loofhuttenfeest (2 Macc. 10 : 6; vgl. 1 : 9), en stelde het in als een jaarlijksch feest. Gedurende de acht dagen zong men in den tempel de Psalmen 113—118.

Later illumineerde men gedurende dit feest den tempel en eigen huis met één of meer lichten, waarom Jozefus dit feest ook noemt het feest der lichten (Oudh. 12, 7).

< >