Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Eere Gods

betekenis & definitie

Van de eere Gods wordt in de Schrift gesproken in tweeërlei zin, hoewel dit in de vertaling niet altijd uitkomt. De eere, waarvan de engelen zingen (Luc. 2 : 14) is de heerlijkheid, de glans, de luister, dien God bezit, en dien Hij uit Zich doet uitstralen voor de oogen der schepselen, vg.

Hebr. 1:3 en andere plaatsen, waar hetzelfde woord niet door eere, maar door heerlijkheid is overgezet. Gode déze eere te geven is dus: te erkennen en uit te roepen de heerlijkheid, die in Hem is.Er is ook een eer, die wij Gode schuldig zijn, en die engelen en geloovigen Hem toebrengen, b.v. 1 Tim. 6:16 en andere plaatsen. Van deze tweeërlei eere wordt gesproken Hebr. 2 : 7, 9.