Hij ontstaat door het licht der opgaande zon, hetwelk de lagere luchtmassa doorbreekt, zoodat het ons naar de gesteldheid der lucht rood of roodachtig geel toeschijnt. Deze laatste kleur, die het oog na de duisternis van den nacht zoo zeer bekoort, is in de Heilige Schrift het beeld van het aangezicht des Heeren, dat zich weder genadig keert tot zijn volk, dat zich heeft bekeerd na den nacht der bezoekingen, die over hetzelve gekomen zijn (Hos. 6:3; Jes. 8 : 20; 58 : 8). — Vleugelen van den dageraad (Ps. 139 : 9) zijn het beeld van de snelle beweging over de lengte en breedte der gansche aarde, terwijl in vs. 8 de richting in de hoogte, in den hemel, en in de diepte, onder de aarde voorafgaat.
Met de voor het eerst zich opheffende wimpers van het ontwakend oog vergelijkt Job de eerste stralen der opgaande zon, die de schepping verlichten (Job 3 : 9).
