1. Speelkaart: dun rechthoekig stukje, al dan niet geplastificeerd, karton met aan een zijde de aanduiding van de rangorde (aas, heer, vrouw, boer, 10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3 of 2) en kleur (♠, ♥, ♦ of ♣).
2. Elke der 52 kaarten.
3. De dertien kaarten die iemand op een spel zijn toebedeeld (hand).
4. Systeemkaart.