Studie begrippenlijst

Bijlesnetwerk (2017)

Gepubliceerd op 14-09-2017

Eerste Wereldoorlog

betekenis & definitie

Van 1914 tot 1918 vond de Eerste Wereldoorlog plaats, waarbij tientallen staten wereldwijd betrokken waren en er miljoenen slachtoffers vielen.

Vóór de Eerste Wereldoorlog regeerde nationalisme in Europa: landen werden door innovatie en groeiende welvaart trots en ‘brutaal’. De zucht naar macht groeide; hierdoor beconcurreerden landen elkaar hevig. Voorbeelden: Frankrijk was na de Frans-Pruisische oorlog van 1870 ontnomen van de provincie Elzas-Lotharingen en wilde dit gebied nu terugwinnen. Het Verenigd Koninkrijk voelde zich als wereldmacht bedreigd door de economische groei van Duitsland. Rusland wilde de Balkan overheersen maar Oostenrijk-Hongarije wilde dat ook.

Deze ruzies resulteerden erin dat veel niet-rivaliserende landen afspraken met elkaar maakten waarin ze elkaar steun beloofden als ze werden aangevallen. Zo ontstond de Frans-Brits-Russische alliantie aan de ene kant, en de Duits-Oostenrijk-Hongarijs-Italiaanse bond aan de andere kant. De spanning liep in deze tijd erg hoog op. De ‘druppel die de emmer deed overlopen’ kwam toen Oostenrijkse troonopvolger Frans Ferdinand in juni 1914 door Servische terroristen werd vermoord. Toen Oostenrijk-Hongarije eisen stelde aan de Servische (loyaal aan Rusland) regering over het moordonderzoek en deze werden afgewezen, verklaarde deze twee staten elkaar de oorlog en trokken hun bondgenoten hierin mee. De Eerste Wereldoorlog was een feit.

De strijd staat bekend als een slepende, vernietigende en trage oorlog met circa 20 miljoen slachtoffers. Loopgraven en gifgas werden massaal gebruikt door beide partijen, maar gedurende de vier jaar die de oorlog duurde werd er nauwelijks terreinwinst geboekt door één van beide partijen. De oorlog kantelde in 1918 toen de Amerikanen zich bij de geallieerden voegden. Duitsland vroeg in november een wapenstilstand, wat gerealiseerd via het Verdrag van Versailles.