Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

BETH ANATH

betekenis & definitie

„huis van de godin Anath”, Joz. 19 : 35, 38, Kanaänietische stad die aan Naftali was toegewezen, Richt. 1 : 33. De naam komt meermalen voor in Egyptische lijsten.

Abel vermoedt, met Albright, dat B. lag ter plaatse van El-Bane, 19 km ten O. van Akko aan de weg naar Safed. Maar Garstang (Joshua Judges) meent, dat de heuvel Tell el Khurbeh, die al in de bronstijd bewoond was, de oude stad verbergt. Het feit, dat hier een stad naar de godin Anath werd genoemd, wijst op heidense afgodendienst in Galilea der heidenen, Jes. 9 : 1, waar ook Haroseth der heidenen lag, Richt. 4 : 2. — De stad werd niet genomen door Naftali, doch is daarna veroverd door de Egyptenaren onder Ramses II. Dat wijst wellicht ook op een sterke ligging, min of meer geïsoleerd op een heuvel. Door deze overweging geleid heeft Alt het oude B. gezocht in El-ebcēne, een dorpsheuvel in de vlakte El Battoef, waarbij Alt ook denkt aan de berichten uit het papyrusarchief van Zenon, een Ptolemeische ambtenaar uit de 3e eeuw v. C., waar B. genoemd wordt als een proviandstad: meel en wijn wordt daarbij door de omgeving geleverd, wat mogelijk is door de akkers en wijngaarden in El Battoef. (Palästinajahrbuch 1926; bl. 55 v.).

< >