stad in het N. van Palestina; voor de eerste maal genoemd in de geschiedenis van David, als een wijkplaats voor de vluchtende Seba, 2 Sam. 20 : 14. In 1 Kon. 15 : 20 en 2 Kron. 16 : 4 heet dezelfde stad Abel Majim (veld der wateren); misschien omdat de landstreek door enkele rivieren is omgeven.
Naast A. wordt in 2 Kon. 15 : 29 ook Ijon genoemd; dit geeft een aanwijzing om te zoeken in de vlakte die tegenwoordig Merdsj Ajjum heet, welke gelegen is aan de zuidvoet van de Hermon. Daar ligt een plaats, waarvan de naam Abil el Kamech de herinnering wekt aan A. Het dorp Abil el Kamech ligt op een heuvel Tell Abil aan de Nahr Bareghit (zijtak van de Nahr el Hasbany, een bronrivier van de Jordaan). De Tell Abil is dan vermoedelijk de plaats van het oude A. In 2 Kron. 16 : 4, vgl. 1 Kon. 15 : 20, heet deze nederzetting Abel-Maim (= waterland). De stad A. wordt een moederstad (metropolis) in Israël genoemd, d. i. een stad, waarbij een gebied met dorpen of steden behoort.