Titel
Een titel krijg je als je bent afgestudeerd. Welke titel je krijgt, hangt af van de opleiding die je gedaan hebt.
Studiekeuze123 (2022)
Een titel krijg je als je bent afgestudeerd. Welke titel je krijgt, hangt af van de opleiding die je gedaan hebt.
Direct toegang tot alle 20 resultaten over titel?
Wiktionary (2019)
titel - Zelfstandignaamwoord 1. opschrift van een boek of ander document ♢ De titel van dit boek is 'Scheikunde voor de leek'. 2. academische of adellijke aanduiding van een persoon ♢ Hem werd de titel van 'doctor' verleend. titel - Werk...
Muiswerk Educatief (2017)
titel - zelfstandig naamwoord uitspraak: ti-tel 1. vetgedrukte regel boven een tekst ♢ welke titel heeft deze tekst? 2. aanduiding die je voor of achter je naam mag zetten ♢ 'jonkheer' en 'ingen...
Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)
titel: kampioenschap.
Jan Luitzen (2009)
(de; -s) SP - het recht om zich kam pioen te mogen noemen, syn. kampioenschap: hij verdedigde zijn titel met succes.
Peter Bakema (2003)
(de, -s) bewijsstuk, akte, obligatie, aandeel, cheque. - ten titel van, bij wijze van, als. Hij kan echter geen enkele som vragen ten titel van kosten en erelonen - zelfs niet van een derde - en hij mag alleen de gerechtskosten terugvorderen. - Trends, 09-01-2003. - ten persoonlijken titel, uit eigen naam. De beslissing van de Raad...
O.A.P. van der Roest (2000)
Reden, juridische grondslag voor de overdracht
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Lat. titulus] opschrift; erebenaming, naam van ambt, waardigheid of rang; rechtsgrond.
Jan Meulendijks (1993)
naam; opschrift; kwalificatie (als kampioen); rechtsgrond
Prof. mr. C.J Loonstra (1992)
Rechtsverhouding die aan een (eigendoms)overdracht ten grondslag ligt.
dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)
1. woord dat of woordgroep die de naam vormt van een publikatie of van een werk in de publikatie. 2. zie: catalogustitel.
Getty Research Institute (1990)
titel - Namen die worden gegeven aan op zichzelf staande werken, verzamelingen werken of reeksen werken, ongeacht het medium.
drs. L.A. Beeloo (1981)
1. benaming of opschrift van een boek of een opstel; 2. aanduiding van iemands ambt, waardigheid of academische graad, b.v. luitenant-kolonel, monseigneur, drs. (doctorandus).
Walter De Clerck (1981)
1. In de verb. ten titel van -, bij wijze van als (ter vert. van fr. à titre de); - ten definitieven titel, definitief, vast (fr. à titre definitif); ten kostelozen titel, kosteloos, pro deo (fr. à titre gratuit); ten persoonlijken titel, voor zich persoonlijk, op eigen of persoonlijke titel (...
Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)
Een bisdom of kerk als titel hebben wil zeggen, dat men voor het bestuur van dat bepaalde bisdom benoemd (en gewijd) is. Zie ook Kerktitel.
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
titel (ook in wetboek), opschrift.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. (<Lat.), m. (-s), 1. opschrift van een boek of gedeelte daarvan, van een plaat enz.: de titel van een boek, een opstel, een film; onder de titel van; — courante titel, opschrift dat boven iedere bladzijde herhaald wordt; — Franse titel, het verkorte titelblad waarmee een gedrukt boek aanvangt en dat de...
Jacon Kramers Jz (1948)
m. opschrirt, (ambts)benaming; aanspraak, rechtsgrond, recht om Iets te bezitten, te eisen enz.
H. Moritsen (1939)
Etiket, waarnaar inhoud beoordeeld wordt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.