Wat is de betekenis van Stukjes draaien?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

stukjes draaien

(19e eeuw, vero.) (Amsterdam, schol.) spijbelen. Een stukjesdraaier is een spijbelaar. • Hij is stukjes weze draaie, hij heeft gespijbeld, heimelijk de school verzuimd. (Taco. H. de Beer: Onze volkstaal. 1882-1890) • (H. Molema: Woordenboek der Groningsche volkstaal, in de 19de eeuw. 1895) • Stukkiesdraaien, spijbelen, platlopen, p...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Stukjes draaien

onbep. w. en zn. o., (niet alg.) zijn werk of de school verzuimen, spijbelen.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

stukjes draaien

(spijbelen); verg. haag.

2024-04-28
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Stukjes draaien

D.w.z. opzettelijk, zonder gegronde redenen de school verzuimen; op straat rondloopen, terwijl men op school moest zijn. Vroeger stutjes draaien zooals Halma, 624 citeert: stutjes draaijen of stutten loopen, of stutten, schobben, speelen loopen in plaats van school of te werk te gaan; Sewel, 768: stutjes draaijen,...