Wat is de betekenis van Orgelpijp?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Orgelpijp

v. (-en), 1. elk der pijpen van een orgel; 2. (geol.) elk van de dicht naast elkaar geplaatste, door de natuur gevormde kolommen in zekere steenformaties : de orgelpijpen in de St.-Pietersberg.

2025-07-17
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

orgelpijp

orgelpijp - De pijpen van een orgel waarin de lucht vibreert om geluid voort te brengen, vervaardigd van metaal of hout in verschillende maten en vormen, gegroepeerd in groepen die registers worden genoemd.

2025-07-17
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Orgelpijp

Klankbuis, cylindervormig, zelden ellipsvormig of veelhoekig, in hout of metaal. Men onderscheidt labiaalpijpen (lippijpen) en linguaalpijpen (tongpijpen). Labiaalpijpen kunnen zijn: open aan beide zijden (open o.) of aan een zijde gesloten (gedekte o.). De tongpijpen kunnen slechts aan een zijde gedeeltelijk gesloten zijn. De o. is een der voornaa...

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

orgelpijp

('orgəl) v. (-en) 1. Eig. staande pijp van een orgel. 2. Metf. orgelpijpvormige stenen koker : in het tufkrijt van de ➝ St.-Pietersberg bij Maastricht vindt men -en.

2025-07-17
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Orgelpijp

Orgelpijp, - buis, die gebezigd wordt om er staande trillingen der lucht in voort te brengen. Onderscheiden worden open o., die van boven open zijn, en gesloten o., die van boven gesloten zijn. Bij de eerste soort ontstaat een knoop van de luchtbeweging in het midden der buis, een buik ervan aan de uiteinden; de lengte der o. is dan gelijk aan de h...

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

orgelpijp

v./m. (-en), 1. elk van de pijpen van een orgel; 2. (geologie) verticale oplossingsholte in kalksteen, gevuld met onoplosbaar residu en ingespoeld materiaal. Orgelpijpen vormen het belangrijkste element van het orgel. Voor de lengte wordt nog steeds de oude orgelmakerseenheid gebruikt, de voet ('), die ca. 30 cm meet. Als het gespeelde klinkt...

2025-07-17
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)